6 - ONGEMAKKEN EN MOGELIJKE OPLOSINGEN
SLECHTE WERKING
• De airconditioner doet het niet.
• De airconditioner doet het alleen
gedurende korte tijd.
• De airconditioner doet het maar koelt
het vertrek niet.
• Tijdens het verplaatsen van de
airconditioner komt er water uit.
•
Op het display van het bedieningspaneel
verschijnt het alarmsignaal "Fi"
•
De klimaatregelaar gaat uit. Noch de be-
dieningsorganen van de afstandsbedie-
ning noch die van het bedieningspaneel
reageren en op het bedieningspaneel
verschijnt het knipperende alarmsignaal
"2".
•
De klimaatregelaar gaat uit. Noch de be-
dieningsorganen van de afstandsbedie-
ning noch die van het bedieningspaneel
reageren en op het bedieningspaneel
verschijnt het knipperende alarmsignaal
"8".
•
De klimaatregelaar is uitgeschakeld,
op het display van het controlepaneel
knippert het nummer "3" en de rode led
brandt.
•
In de modaliteit koeling, nacht of auto-
matisch kan de minimumsnelheid niet
geselecteerd worden.
•
In de modaliteit verwarming (alleen voor
HP) stopt de klimaatregelaar de com-
pressor of de externe ventilator enkele
minuten op cyclische wijze.
Probeer niet het apparaat zelf te repareren.
Als de storing niet is opgelost, neem dan contact op met de plaatselijke verkoper of het dichtst bijgelegen
service center. Verstrek gedetailleerde informatie over de storing en het model van het apparaat.
NL - 34
OORZAAK
• Er is geen stroom.
• De stekker zit niet in het stopcontact.
•
De voedingsschakelaar staat op stand "0"
• De timer is ingeschakeld.
• De ingestelde temperatuur is te dichtbij
de omgevingstemperatuur.
• De aanzuiging van de buitenlucht
wordt belemmerd.
• Er staat een raam open.
• In de kamer is een andere warmtebron
in werking (een brander, een lamp e.d.)
of er zijn veel mensen.
• De ingestelde temperatuur is te hoog.
• De capaciteit van de airconditioner is
niet geschikt met het oog op de omstan-
dighe- den of de grootte van het vertrek.
• De airconditioner is schuin gehouden
of op zijn kant gelegd.
•
Het filter is vuil
•
Omgevingstemperatuursensor
•
Motor verdamperventilator
•
Excessieve accumulatie van water in de
klimaatregelaar
•
De omgevingstemperatuur is te laag
•
De omgevingstemperatuur is te laag of
te hoog
WAT TE DOEN?
• Wacht even.
• Doe de stekker in het stopcontact.
•
Zet de voedingsschakelaar op stand "I"
• Schakel de timer uit.
• Verlaag de ingestelde temperatuur.
• Verwijder de obstakels.
• Neem contact op met de Servicedienst.
• Doe het raam dicht.
• Schakel de warmtebron uit.
• Verlaag de ingestelde temperatuur.
• Voordat u de airconditioner gaat ver-
plaatsen moet u het water dat erin zit
eruit laten lopen door de dop eraf te
draaien (24).
•
Reinig het filter
•
Schakel het apparaat opnieuw in en druk
5 seconden op de toets SW7 van het
bedieningspaneel om het alarmsignaal
van het display te laten verdwijnen.
•
Bel het Assistentiecentrum
•
Bel het Assistentiecentrum
•
Voer het water af door de dop weg te nemen
(24). Als dit alarm te vaak optreedt, dient u
het assistentiecentrum te bellen.
HP: dit alarm is normaal voor de werking met
verwarming wanneer de klimaatregelaar
zonder waterafvoerleiding geïnstalleerd is.
•
Het gedrag van de klimaatregelaar is
normaal.
•
Het gedrag van het apparaat is normaal.