Bediening van het product
Bedieningspaneel van het product
1. Foutstatus indicator
3. Koelvak UIT (vakantie) functie
5. Vriesvak temperatuurinstelling
toets
Lees eerst het hoofdstuk
"Veiligheidsinstructies".
De geluids- en visuele functies van het
indicatorpaneel helpen bij het gebruik van
de koelkast.
Optioneel De weergegeven functies zijn
optioneel; er kunnen verschillen zijn in de
vorm en de locatie van de functies op het
indicatorpaneel van uw apparaat.
9= Foutstatus indicator
Deze indicator schakelt in als uw koelkast
onvoldoende koelt of in het geval van een
sensorfout. De letter "E" verschijnt op
temperatuurindicator van het vriesvak en
. Koelvak temperatuurinstelling
toets
4. Energiebesparing (scherm uit)
indicator
6. Snel invriezen toets
de cij-fers 1, 2, 3 verschijnen op de
temperatuur indicator van het koelvak. Deze
cijfers op de indicator biedt de service
informatie met betrekking tot de fout. Als u
warme etens-waren in het vriesvak plaatst,
of als u de deur lang open laat,kan een
uitroepingste-ken oplichten. Dit is geen fout;
deze waar-schuwing verdwijnt wanneer de
etenswaren afkoelen of wanneer een toets
wordt inge-drukt.
?= Koelvak temperatuurinstelling toets
Biedt de mogelijkheid de temperatuur in te
stellen voor het koelvak. Als u deze knop in-
drukt, kan de temperatuur van het koelvak
worden ingesteld op 8 °C, 7 °C, 6 °C, 5 °C, 4 °
C, 3 °C, 2 °C en 1 °C.
13 / 21 NL
Koelkast / Gebruiksaanwijzing