Basisinstelling toerental bij
stand
1
[min
Aantal toerentalstanden
3
Met de toets voor toerentalinstelling (19) kunt u het noodza-
kelijke toerental ook tijdens het gebruik instellen.
Voorgedefinieerde werkmo-
Betekenis
dus (16)
A
Auto-vertraging
B
Auto-uitschakeling
Gebruikersinterface blokkeren/deblokkeren
De gebruikersinterface kan via de functie "Blokkering gebrui-
kersinterface" in de Bosch Toolbox-app geblokkeerd en ge-
deblokkeerd worden.
Blokkeren en deblokkeren via de gebruikersinterface:
Activeer de functie "(De)Blokkeren van het apparaat" in de
Bosch Toolbox-app.
De functie is nu tevens op het elektrisch gereedschap vrijge-
schakeld.
Om de gebruikersinterface te blokkeren resp. deblokkeren,
de beide toetsen Modus (17) en Toerentalinstelling (19)
5 seconden ingedrukt houden.
AANWIJZING: Als de functie "Blokkering gebruikersinterfa-
ce" actief is, wordt het terugzetten naar fabrieksinstellingen
via het elektrisch gereedschap automatisch gedeactiveerd.
Aanwijzingen voor werkzaamheden
Plaats het elektrische gereedschap alleen uitgescha-
u
keld op de moer/schroef. Draaiende inzetgereedschap-
pen kunnen wegglijden.
Het elektrische gereedschap met geplaatste
u
®
Bluetooth
Low Energy Module GCY 42 (accessoire) is
uitgerust met een radio-interface. Lokale gebruiksbe-
perkingen, bijv. in vliegtuigen of ziekenhuizen, moe-
ten in acht genomen worden.
Het draaimoment is afhankelijk van de slagduur. Het maxi-
maal bereikte draaimoment resulteert uit de som van alle
door slagen veroorzaakte afzonderlijke draaimomenten. Het
maximale draaimoment wordt na een slagduur van 6–10 se-
conden bereikt. Na deze tijd wordt het aandraaimoment nog
slechts minimaal verhoogd.
De slagduur moet voor elk benodigd aandraaimoment be-
Richtwaarden voor maximale schroefaandraaimomenten
Gegevens in Nm, berekend uit de spanningsdoorsnede; benutting van de strekgrens 90% (bij wrijvingsgetal μ
controle moet het aanhaalmoment altijd met een momentsleutel gecontroleerd worden.
Bosch Power Tools
2
3
-1
-1
-1
]
[min
]
[min
]
0–800 0–2300 0–3400
Functie
In werkmodus A verlaagt het elektrisch gereedschap het toe-
rental bij het vastdraaien (slagmechanisme in actie). Via de
regelaar in de Bosch Toolbox-app kan het tijdstip van de ver-
traging worden aangepast.
In werkmodus B stopt het elektrisch gereedschap automa-
tisch zodra de schroefkop is bereikt. Via de regelaar in de
Bosch Toolbox-app kan het tijdstip van uitschakelen worden
aangepast.
Werkmodus kiezen
Het elektrische gereedschap beschikt over 2 voorgedefini-
eerde werkmodi A en B (16). U kunt via de Bosch Toolbox-
app bovendien onder A en B (16) werkmodi voor verschil-
lende toepassingen programmeren en bestaande modi aan-
passen.
Om tussen de werkmodi A en B (16) te wisselen, drukt u op
de toets modus (17).
paald worden. Het feitelijk bereikte aandraaimoment moet
altijd met een momentsleutel worden gecontroleerd.
Schroefverbindingen met harde, verende of zachte be-
vestiging
Als bij wijze van proef de in een reeks van slagen bereikte
draaimomenten gemeten en naar een diagram overgebracht
worden, dan verkrijgt men de curve van een draaimoment-
verloop. De hoogte van de curve komt overeen met het maxi-
maal te bereiken draaimoment. De steilheid geeft aan in wel-
ke tijd dit bereikt wordt.
Het draaimomentverloop hangt van de volgende factoren af:
– sterkte van de schroeven en moeren
– soort ondergrond (ring, schotelveer, afdichting)
– sterkte van het te schroeven materiaal
– smeeromstandigheden van de schroefverbinding
Daaruit resulteren de volgende toepassingsgevallen:
– Harde bevestiging, hiervan is sprake bij schroefverbin-
dingen van metaal op metaal bij gebruik van onderlegrin-
gen. Na een relatief korte slagtijd is het maximale draai-
moment bereikt (steil verloop van de karakteristiek). Een
onnodig lange slagtijd schaadt de machine slechts.
– Verende bevestiging, hiervan is sprake bij schroefver-
bindingen van metaal op metaal, echter bij gebruik van
veerringen, schotelveren, steunbouten of schroeven/
moeren met conische bevestiging evenals bij het gebruik
van verlengstukken.
– Zachte bevestiging, hiervan is sprake bij schroefverbin-
dingen van bijv. metaal op hout of bij gebruik van lood- of
fiberringen als ondergrond.
Bij verende of zachte bevestiging is het maximale aandraai-
moment geringer dan bij harde bevestiging. Bovendien is
een duidelijk langere slagtijd nodig.
Nederlands | 61
= 0,12). Ter
totaal
1 609 92A 8HZ | (14.12.2023)