Restwarmte-indicatie
De kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmte-
indicatie met twee standen.
Verschijnt er een
•
op het display, dan is de kookzone nog
heet. U kunt bijv. een klein gerecht warmhouden of couverture
smelten. Koelt de kookzone verder af, dan verandert de
Kookplaat instellen
In dit hoofdstuk leest u hoe u de kookzones kunt instellen. In de
tabel vindt u kookstanden en bereidingstijden voor
verschillende gerechten.
Kookplaat in- en uitschakelen
U schakelt de kookplaat met de kookzoneknoppen in en uit.
Wanneer de kookplaat is ingeschakeld, is de
kookstandindicatie verlicht.
Kooktabel
In de volgende tabel vindt u enkele voorbeelden.
De bereidingstijden en kookstanden zijn afhankelijk van de
aard, het gewicht en de kwaliteit van de gerechten. Daarom zijn
afwijkingen mogelijk.
Smelten
chocolade, couverture, boter, honing,
gelatine
Opwarmen en warmhouden
Eenpansgerecht (bijv. linzenschotel)
Melk**
Worstjes in water verwarmen**
Ontdooien en opwarmen
Spinazie diepvries
Goulash diepvries
Gaarstoven, zachtjes laten koken
Knoedels, knödels
Vis
Witte sauzen, bijv. bechamelsaus
Geklopte sauzen, bijv. saus Bearnaise, saus Hollandaise
Koken, stomen, stoven
Rijst (met dubbele hoeveelheid water)
Rijstepap
In de schil gekookte aardappels
Gekookte aardappels
Deegwaren, pasta
Eenpansgerecht, soepen
Groente
Groente, diepvries
Garen in de snelkookpan
* Doorkoken zonder deksel
** Zonder deksel
indicatie in
œ
. De indicatie verdwijnt wanneer de kookzone
voldoende afgekoeld is.
Stroomuitval
Na een stroomuitval wordt de restwarmteindicatie automatisch
weer ingeschakeld. De indicatie knippert ca. 30 minuten lang.
Het knipperen houdt op wanneer u de kookzone nog eens kort
inschakelt.
Kookzone instellen
Met de kookzoneknoppen stelt u het verwarmingsvermogen
van de kookzones in.
0 = kookzone uit
Kookstand 1 = laagste vermogen
Kookstand 9 = hoogste vermogen
Elke kookstand heeft een tussenstand. Deze is aangeduid met
een punt.
Aanwijzing: De kookzone regelt de verwarming door in en uit
te schakelen. Ook bij het hoogste vermogen kan de
verwarming in- en uitschakelen.
Bij het opwarmen van dikvloeibare gerechten regelmatig
roeren.
Gebruik voor het aan de kook brengen kookstand 9.
Doorkookstand
1-2
1-2
1-2
1.-2.
3-4
2.-3.
2.-3.
4.-5.
4-5*
1-2
3-4
2-3
1.-2.
4-5
4-5
6-7*
3.-4.
2.-3.
3.-4.
4-5
Doorkookduur in
minuten
-
-
-
-
-
20-30 min.
10-15 min.
20-30 min.
10-15 min.
3-6 min.
8-12 min.
15-30 min.
25-35 min.
25-30 min.
15-25 min.
6-10 min.
15-60 min.
10-20 min.
10-20 min.
-
31