Toebehoren reinigen
Reinig de toebehoren voor het eerste gebruik grondig met
warm zeepsop en een zacht schoonmaakdoekje.
Reinigen van de branderkelk en het
branderdeksel
Reinig het branderdeksel (1) en het branderdeksel (2) met
water en afwasmiddel. Droog deze onderdelen goed af.
Plaats de branderkelk en het deksel weer op de branderkom
(5). Let erop dat de ontsteking (3) en de vlambeveiligingspin
(4) niet worden beschadigd.
De sproeier (6) moet droog en schoon zijn. Plaats het
branderdeksel altijd exact op de branderkelk.
Kookplaat instellen
Uw kookplaat is voorzien van vier gasbranders. Hier kunt u
nalezen hoe u de gasbranders aansteekt en de kookplaat
instelt.
Gasbrander ontsteken
Plaats het branderdeksel altijd exact op de branderkelk. De
openingen op de branderkelk moeten altijd vrij zijn. Alle
branderdelen moeten droog zijn.
Open de bovenste afdekking. Deze moet tijdens het gebruik
1.
van het fornuis altijd geopend zijn.
Draai de schakelaar van de gewenste brander naar links in
2.
de ontstekingsstand
. Het ontsteken begint.
8
Druk de schakelaar helemaal in en houd deze 1-3 seconden
3.
ingedrukt. De gasbrander wordt ontstoken.
De ontstekingsbeveiliging wordt geactiveerd. Als de gasvlam
uitgaat, wordt de gastoevoer automatisch door de
ontstekingsbeveiliging onderbroken.
Stel de gewenste vlamhoogte in. Tussen de instelling
4.
de instelling
is de vlam niet stabiel. U moet daarom altijd
—
een instelling tussen de hoogste
kiezen.
Voorbeeld
Smelten
Verwarmen
Verwarmen en warm
houden
Stomen*
Stomen*
Koken*
Braden
* Wanneer u een pan met deksel gebruikt, schakel dan naar een kleinere vlam terug zodra het eten begint te koken.
en de laagste vlam
—
Gerecht
Chocolade, boter, margarine
Bouillon, groenteconserven
Soepen
Vis
Aardappels en overige groen-
ten, vlees
Rijst, groente, vleesgerechten
(met saus)
Pannenkoeken, aardappels,
schnitzels, vissticks
Als de vlam weer uitgaat, herhaalt u de procedure vanaf stap
5.
2.
Bereiding beëindigen: Draai de gasbranderschakelaar
6.
rechts in de stand Uit.
De ontsteking mag niet langer dan 15 seconden worden
bediend. Wanneer de brander na 15 seconden nog niet
ontstoken is, moet u minstens 1 minuut wachten. Herhaal dan
de ontstekingsprocedure.
:
Let op!
Wanneer u kort na het uitschakelen van een nog warme
gasbrander de schakelaar bedient, stroomt er gas uit. Wanneer
u de schakelaar niet in de ontstekingsstand
gastoevoer na 60 seconden onderbroken.
De gasbrander ontsteekt niet.
Bij stroomuitval of bij vochtige bougies kunt u de gasbrander
met een gasaansteker of lucifer ontsteken.
Tabel - koken
Kies voor elke kookzone de juiste pangrootte. De diameter van
de panbodem moet met de grootte van de kookzone
overeenstemmen.
De kooktijden zijn afhankelijk van de soort, het gewicht en de
kwaliteit van de gerechten. Daarom zijn afwijkingen mogelijk.
De optimale kooktijd kunt u op basis van uw eigen ervaring
bepalen.
Mineralen en vitaminen kunnen bij het koken zeer snel hun
voedingswaarde verliezen. Gebruik daarom maar weinig water.
Zo blijven vitaminen en mineralen behouden. Kies korte
Uit en
þ
kooktijden zodat groentes steviger blijven en meer
voedingswaarde hebben.
˜
Kookzone
Spaarbrander
Normale brander
Spaarbrander
Normale brander
Normale brander
Normale brander
Extra krachtige brander
zet, wordt de
8
Kookstand
Kleine vlam
Kleine vlam
Kleine vlam
Tussen grote en kleine vlam
Tussen grote en kleine vlam
grote vlamhoogte
Tussen grote en kleine vlam
naar
þ
67