BEDIENING
Combi-functies
1. Druk op de combi-functietoets om de combi-magnetronfunctie in
te schakelen.
Het 'heteluchtsymbool' knippert. Tijd en temperatuur verschijnen in
de display en het magnetronfunctie icoon en ovenfunctie icoon zijn
zichtbaar.
2. Kies met de selectietoetsen een modus (zie hoofdstuk
'Ovenfuncties tabel'). Als het symbool stopt met knipperen, is de
gekozen modus actief.
3. U kunt nu bij elke modus (indien gewenst) het vermogen, de tijd
en/of de temperatuur wijzigen (bij de grill; stand 1, 2 of 3, waarbij
3 de hoogste stand is). Hiervoor drukt u op de insteltoets,
of de kloktoets. Het vermogen, de tijd of temperatuur (stand)
gaat knipperen. Met de selectietoetsen stelt u vervolgens het
gewenste vermogen, de gewenste tijd en/of temperatuur/stand in.
Druk ter bevestiging nogmaals op de insteltoets of de kloktoets.
Het in te stellen vermogen en de in te stellen tijd/temperatuur
is afhankelijk van de gekozen modus.
4. Druk op de starttoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de starttoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 15 minuten automatisch uit.
NL 15