16
www.electrolux.com
6. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Algemene informatie
• Reinig de kookplaat na elk gebruik.
• Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
• Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op
de werking van de kookplaat.
• Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het oppervlak
van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor de
glazen plaat.
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Wat moet u doen als...
Probleem
U kunt de kookplaat niet in-
schakelen of bedienen.
6.2 De kookplaat schoonmaken
• Verwijder direct: gesmolten plastic,
gesmolten folie en suikerhoudende
gerechten. Anders kan het vuil de
kookplaat beschadigen. Plaats de
speciale schraper schuin op de glazen
plaat en verwijder resten door het blad
over het oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaat
voldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende verkleuringen.
Reinig de kookplaat met een vochtige
doek en een beetje afwasmiddel.
Droog de kookplaat na reiniging af met
een zachte doek.
Mogelijke oorzaak
De kookplaat is niet aan-
gesloten op een stopcon-
tact of is niet goed geïnstal-
leerd.
De zekering is doorge-
brand.
U hebt twee of meer tip-
toetsen tegelijk aangeraakt.
STOP+GO -functie is in
werking.
Oplossing
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
lichtnet. Raadpleeg het
aansluitingsschema.
Controleer of de zekering
de oorzaak van de storing
is. Als de zekeringen keer
op keer doorslaan, neemt u
contact op met een er-
kende elektricien.
Schakel de kookplaat op-
nieuw in en stel de kook-
stand binnen 10 seconden
in.
Raak slechts één tiptoets
tegelijk aan.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.