Afvoer
De afvoerinstructies blijken uit de pictogrammen op het apparaat of
de verpakking. Een beschrijving van de afzonderlijke betekenissen
vindt u in het hoofdstuk 'Kenmerking'.
Vereisten aan de bediener
De bediener moet de gebruiksaanwijzing vóór het eerste gebruik
van het apparaat zorgvuldig hebben gelezen.
Kwalificaties
Naast een gedetailleerde instructie door een deskundige persoon is
geen speciale kwalificatie voor het gebruik van het apparaat vereist.
Minimumleeftijd
Het apparaat mag alleen worden bediend door personen die het
16e levensjaar hebben voltooid.
Een uitzondering geldt voor het gebruik door jongeren binnen het
kader van een beroepsopleiding onder toezicht van een instructeur.
Montage / eerste ingebruikname
De stuurstang wordt om transporttechnische redenen in
richting van de zuigzijde gemonteerd geleverd.
1.
Verwijder de bladzuiger en hakselaar uit de verpakking en
monteer eerst de stuurstang (afb. 2) in de juiste positie
(afb. 2a).
2.
De opvangzak wordt, zoals getoond op afbeelding 1, in het
frame gehangen en aan het frame bevestigd. Bevestig de
opvangzak met de klittenbandsluiting aan de vulpijp (afb. 5)
3.
Monteer nu het zuigmondstuk (afb. 3)
4.
Monteer de trechter van de hakselaar zoals getoond op afb. 5
5.
Stel de zuighoogte in (afb. 9)
Draai de vleugelmoeren los (afb. 9/pijl) en verstel de zuiglip
naar beneden of boven. Draai de zuiglip weer vast met de
vleugelmoeren.
Brandstof bijvullen
Deze motor werkt optimaal met gebruikelijke benzine (min. 91
RON).
Als het apparaat langer dan 30 dagen worden stilgelegd, moet de
brandstof volledig worden afgetapt om harsachtige resten in
carburateur, brandstoffilter en tank te vermijden.
Open de tankdop (afb. 6/pijl) en vul de brandstof tot maximaal 2
cm onder de vulopening. Vermijd huidcontact met brandstoffen! Let
altijd op dat de brandstof schoon en niet verontreinigd is! Sluit de
tankdop goed na ieder tankproces of iedere controle.
Stuur het apparaat naar het te reinigen oppervlak.
Controleer alle onderdelen op correcte montage en eventuele
schade.
Controleer of de bougiestekker correct op de bougie gemonteerd is.
Vóór de inbedrijfstelling van het apparaat moeten de volgende
werkzaamheden worden uitgevoerd:
•
Vóór de eerste ingebruikname moet de motor absoluut
worden gevuld met motorolie.
•
Vul benzine in de tank.
Belangrijke opmerking: de motor van uw nieuwe apparaat heeft
even nodig om in te lopen. Daarom bereikt het apparaat pas na
enkele bedrijfsuren het volle vermogen.
Vul het drijfwerk met motorolie (afb. 17/pijl B)
Probeer nooit om het apparaat te starten zonder voldoende olie
SAE 15 W 40 in het motorblok. Bij de levering bevat het apparaat
eventueel geen motorolie. Bij het gebruik van het apparaat zonder
(voldoende) motorolie raakt de motor beschadigd. Plaats het
apparaat op een vlakke ondergrond en verwijder het deksel van de
olietank. Vul motorolie bij tot aan de laatste schroefgang van de
vulopening.
Zet de benzinehendel (afb. 16/pijl B) op 'ON'
Zet de motorschakelaar (afb. 17/pijl A) op 'ON'.
Gasgreep naar positie
zie pijl schuiven.
Schuif de chokehendel (afb. 16/pijl A) bij een koude motor naar
'ON' totdat de motor is warmgelopen (ca. 1-2 min).
Als de motor succesvol op gang is gekomen en gelijkmatig loopt,
zet u de chokehendel op OFF (deactiveren).
Het toerental van de lopende motor kan via de gashendel worden
geregeld. Door de hendel in de richting van de bediener te
schuiven, wordt het toerental verminderd. Als de hendel van de
bediener weg wordt geschoven, wordt het toerental van de motor
verhoogd.
Aan de startkabel trekken zoals hieronder beschreven
Let op
Houd de motor met één hand goed aan het frame vast. Grijp de
startkabel met de andere hand beet en trek langzaam totdat u
weerstand voelt en het starterelement zich in de juiste positie
bevindt. Zodra de weerstand voelbaar is, trekt u in één keer
krachtig aan de kabel. Herhaal deze handeling totdat de motor
start. Laat de startkabel nooit zomaar los, maar leid hem met een
hand losjes naar achteren weg. Wanneer de motor ondanks
meerdere pogingen niet aanspringt, dient u te controleren of de
tank is bijgevuld. Mogelijk bevindt zich ook teveel brandstof in de
cilinder, zodat de bougie nat is geworden
Verwijder de bougie, reinig en droog hem en monteer hem weer.
.
Motor uitschakelen
Gasgreep naar positie
zie pijl schuiven.
De motorschakelaar (afb. 17/pijl) op 'OFF' zetten.
Hakselen
Vul de trechter langzaam met hakselmateriaal.
Gebruik altijd het vulhulpstuk als u hakselmateriaal in de trechter
vult. Vul niet te haastig bij. Het hakselwerk heeft een bepaalde
tijd nodig om het materiaal te hakselen!
Verstopping
Bij storingen in het hakselbedrijf door verstoppingen in het
apparaat:
•
Schakel de motor uit en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
•
Trek de bougiestekker los.
•
Verwijder de vulbuis (afb. 1; pos. F)
•
Verwijder de as (afb. 1; pos. W)
•
Verwijder de zuigbuis (afb. 4)
•
Trek veiligheidshandschoenen aan.
•
Verwijder alle blokkerende delen in de turbinebehuizing en aan
.
de filter (afb. 10)
Vervangen van de messen
Als het hakselmateriaal niet meer goed wordt gesneden, het
apparaat veel lawaai maakt of het hakselmateriaal niet meer goed
door de trechter wordt gegrepen, zou dit een aanwijzing kunnen zijn
voor stompe messen.
•
Schakel de motor uit en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
•
Trek de bougiestekker los.
•
Verwijder de onderhoudsklep achter op de turbinebehuizing
.
(afb. 11)
•
Trek veiligheidshandschoenen aan.
.
.
.