20. Het snoer moet zo worden
geplaatst dat eraan trekken
of erover struikelen voor-
komen wordt.
21. Wikkel nooit het snoer om
het toestel.
22. Gebruik de watersnelkoker
uitsluitend in binnenruim-
ten.
23. Gebruik het apparaat uitslui-
tend voor het verwarmen van
water. Verwarm geen melk
of andere vloeistoffen omdat
deze bij het koken overlopen.
24. Er mogen ook geen voorwer-
pen zoals blikken of flessen
in de watersnelkoker worden
verwarmd.
25. Zorg ervoor dat het deksel
van het apparaat steeds goed
vastzit
om
door spetters heet water te
voorkomen.
26. Open het deksel niet zolang
het water kookt om verwon-
dingen door spetters heet
water te voorkomen.
27. Vul nooit meer dan 1,0 l
water in het apparaat om het
overkoken van het water te
voorkomen.
28. Schakel het apparaat nooit
in wanneer er geen water
ingevuld is.
29. Zorg ervoor dat alle gebrui-
kers, met name kinderen, op
de hoogte zijn van de geva-
ren, zoals het naar buiten
komen van stoom of spetters
heet water – gevaar voor ver-
branding!
30. Beweeg het apparaat niet
zolang dit in bedrijf is om
verwondingen
verbrandingen door naar bui-
ten komend water te voorko-
men.
31. De watersnelkoker is voor-
zien van een droogkookbe-
veiliging. Deze schakelt het
apparaat uit wanneer het
verwarmingselement te heet
wordt. Laat het apparaat ca.
15 min. afkoelen. Vul de
waterkoker daarna met koud
water. De droogkookbeveili-
ging gaat uit en het apparaat
kan weer worden gebruikt.
32. Het apparaat mag niet met
toebehoren van andere fab-
rikanten of merken worden
gebruikt om schade te voor-
komen.
33. Na gebruik en voor het rei-
nigen de netstekker uit het
stopcontact trekken. Laat
het apparaat nooit zonder
toezicht wanneer de netstek-
ker zich in het stopcontact
bevindt.
34. Controleer
de stekker en het snoer
regelmatig op slijtage en
beschadigingen. Stuur het
apparaat of de basis in geval
van beschadigingen van het
snoer of andere onderde-
len a.u.b. voor controle en/
of reparatie aan onze klan-
tenservice. Ondeskundig uit-
gevoerde reparaties kunnen
aanzienlijke gevaren voor de
gebruiker veroorzaken en lei-
den tot het vervallen van de
garantie.
35. Als de kabel van dit apparaat
beschadigd is, moet dit door
het
apparaat,
27