Levering (afb. 4)
Neem het apparaat uit de transportverpakking en controleer
de volledigheid en de aanwezigheid van de volgende
onderdelen:
1x
Katrol
4x
zeskantschroef
2x
bevestigingsbeugel
1x
Gebruikershandleiding
Indien onderdelen uit de levering beschadigd zijn, neem
contact met uw handelaar.
Beschrijving van het apparaat (afb. 1 en afb. 2)
a
Bevestigingsbeugel
b
Zeskantschroef
c
Uitschakelbeugel
d
Lasthaak
e
Eindschakelaar hijsen
f
Motor
g
Schakelkast
h
Bedieningsschakelaar
i
Noodschakelaar
j
Haakhouder
k
Kabeltrommel
l
Uitschakelgewicht
m
Stalen kabel
n
Katrol
o
Dragerkast
p
Eindschakelaar zakken
Garantie
De garantie heeft uitsluitend betrekking op onvolkomenheden
die op materiaal- of productiefouten zijn terug te voeren.
Bij een claim betreffende een onvolkomenheid, in de zin van
garantie, dient de originele aankoopfactuur met de
aankoopdatum bijgesloten te worden.
Van garantie uitgesloten zijn verkeerd gebruik, zoals bijv.
overbelasting van de machine, gebruik van geweld,
beschadigingen door vreemde invloeden of vreemde
voorwerpen. Het niet naleven van gebruik- en
montageaanwijzingen en normale slijtage zijn eveneens van
garanties uitgesloten.
Belangrijke fundamentele veiligheidsinstructies
Voordat met het apparaat gewerkt wordt dienen de
navolgende veiligheidsvoorschriften en de
gebruiksaanwijzing zorgvuldige gelezen te worden. Indien u
het apparaat aan andere personen wilt uitlenen, overhandig
dan ook de gebruiksaanwijzing. Bewaar de
gebruiksaanwijzing altijd goed!
Verpakking: Uw apparaat bevindt zich in een verpakking
om transportschade te voorkomen. Verpakkingen zijn
grondstoffen en daardoor weer te gebruiken of kunnen
gerecycleerd worden.
Gelieve de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door te lezen en
de instructies daarvan op te volgen. Maakt u zich, aan de
hand van deze gebruiksaanwijzing, met het juiste gebruik
ervan, evenals met de veiligheidsinstructies, vertrouwd.
Bewaar deze aanwijzingen goed voor later gebruik.
•
De kabellier mag slechts door personen bediend
worden die de aanwezige aanwijzingen goed hebben
gelezen en begrepen; de kabellier mag niet door
personen bediend worden die niet passend
geïnstrueerd zijn of zich in een twijfelachtige
gezondheidstoestand bevinden.
Voer voor elk gebruik een visuele controle uit van het
•
apparaat. Gebruik het apparaat niet, als
veiligheidsinrichtingen beschadigd of versleten zijn. Zet
nooit de veiligheidsinrichtingen buiten bedrijf.
Gebruik het apparaat uitsluitend voor het in deze
•
gebruiksaanwijzing aangegeven gebruiksdoel.
•
Werk steeds oplettend. Overzie uw werk. Ga
verstandig te werk. Gebruik de kabellier niet, indien u
niet geconcentreerd bent.
•
U bent verantwoordelijk voor de veiligheid binnen het
werkingsgebied.
•
Laat het apparaat nooit onbewaakt.
•
Indien de werkzaamheden worden onderbroken, plaats
dan het apparaat op een veilige plaats.
Gebruik het apparaat nooit bij regen of in een vochtige
•
of natte omgeving.
•
Nooit de kabellier met water afspuiten of in vloeistof
dompelen.
•
Gebruik elektrische apparaten niet in de buurt van
brandbare vloeistoffen of gassen.
•
Schakel het apparaat niet in, als het gedraaid is, resp.
als het niet in werkpositie is.
•
Houd het apparaat ver van andere personen, met
name kinderen en huisdieren.
Laat andere personen het werktuig of de kabel niet
•
aanraken.
•
Neem na het gebruik de netstekker uit en controleer
het apparaat op beschadiging.
•
Indien het apparaat niet wordt gebruikt, bewaar dit dan
op een droge en voor kinderen niet toegankelijke
plaats.
De netspanning moet overeenkomen met de spanning
•
die op het typeplaatje is aangegeven.
•
Reparaties mogen enkel door een vakman uitgevoerd
worden.
•
Voor ingebruikneming van het apparaat en na een
willekeurige botsing moet op beschadiging of slijtage
gecontroleerd worden; laat noodzakelijke reparaties
uitvoeren.
•
Gebruik nooit reserveonderdelen en
accessoireonderdelen die niet door de producent zijn
bedoeld of aanbevolen.
•
Gebruik het apparaat enkel bij daglicht of bij een goede
kunstmatige verlichting.
•
Let er op dat andere voorwerpen geen kortsluiting met
de contacten van het apparaat veroorzaken.
•
Leg alle leidingen zodanig neer dat geen struikelgevaar
ontstaat en beschadiging van de kabel uitgesloten is!
Gebruik tijdens de gehele tijd van het uitvoeren van
•
alle werkzaamheden geschikte kleding en neem in de
omgeving passende voorzorgsmaatregelen i.v.m. het
verhinderen van ongevallen.
•
Gebruik de kabel niet voor andere doeleinden. Draag
het apparaat niet aan de kabel en gebruik de kabel niet
om de stekker uit het stopcontact te trekken. Bescherm
de kabel tegen warmte, olie en scherpe kanten.
•
Verzorg uw werktuigen zorgvuldig. Houd uw
werktuigen schoon om goed en veilig te kunnen
werken. Controleer regelmatig de stekker en het snoer
en laat deze bij beschadiging door een geautoriseerde
vakman vernieuwen. Controleer de verlengkabels
regelmatig en vervang beschadigde kabels door een
vakman.
•
Verlengkabel in de open lucht. Gebruik in de open
lucht slechts daarvoor goedgekeurde en passend
gekenmerkte verlengkabels (tot 20 m ∅1,5 mm², 20-50
m ∅ 2,5 mm²).
•
Koppel het apparaat van het net af
- voor iedere reiniging
- na ieder gebruik
•
Personen, die op grond van hun fysieke,
sensorische of geestelijke bekwaamheden of hun
onbedrevenheid of onkunde niet in staat zijn het
apparaat te bedienen, mogen het apparaat niet
gebruiken.
34