Kabel naar binnen geleiden (afbeelding D)
Leidingtule 11 op de aansluitkabel schuiven.
Opmerking: Bij een kabeldiameter van 16 mm
tule niet gebruiken. Het apparaat moet dan vlak aansluitend
op de muur worden gemonteerd.
Let op: Zonder leidingtule is er bij de DH12103 alleen sprake
van spatwater-isolatie (IP 24).
Het apparaat op de aansluitkabel plaatsen.
Leidingtule in de achterwand van het huis indrukken.
Er op letten dat de dichtlippen goed sluiten rond het gat
voor de kabel.
Het apparaat op de schroefdraadbus 8 plaatsen en met
moer 9 vastschroeven.
Oneffenheden van de muur egaliseren (afbeelding E)
III.
Wateraansluiting
Met de vastzetschroef 15 kan de wateraansluiting over
een afstand van ± 10 mm verticaal op de juiste plaats wor-
den gebracht.
Bochtstuk „warm" aanpassen aan de warmwateraanslui-
ting. Het aansluit-bochtstuk „koud" mag daarbij niet
worden verbogen.
Let op: Er op letten dat een afstand van min. 6 mm tot de
stroom geleidende delen voorhanden is.
Wateraansluitingen vastschroeven en bevestigingsmoer
van de montageschroef vastdraaien.
Dichtheid controleren en apparaat doorspoelen:
Warmwaterkraan openen.
Alle schroefverbindingen van de buizen op dichtheid
controleren.
Elektrische aansluiting
IV.
De elektrische aansluiting moet altijd plaatsvinden na de
wateraansluiting. De elektrische aansluiting moet worden
uitgevoerd volgens het schakelschema aan de binnenzijde
van de afschermkap.
Instelling af fabriek:
12 kW Y 400 V 3 ~ (11 kW Y 380 V 3 ~)
Overige aansluitmogelijkheden:
– 8,0 kW 230 V ~ (7,4 kW 220 V ~)
– 6,0 kW 230 V ~ (5,5 kW 220 V ~)
(Vereiste extra brug bevindt zich in het toebehoren.)
Om aan de geldende veiligheidsvoorschriften te voldoen,
moet in de installatie een onderbrekingsvoorziening voor
alle polen aanwezig zijn. De contactopening moet min-
stens 3 mm bedragen.
Als de elektrische aansluitkabel door de onderste openingen
14a in de geiser naar binnen wordt geleid, kan de tussen-
klem BZ 45Z20 (bejzondere toebehoren) worden gebruikt.
De leidingen mogen de activeringsknop A van de
veiligheids temperatuurbegrenzer niet in zijn functie
belemmeren.
20
nl
Aansluitmogelijkheden (afbeelding A)
Verplichte aansluitschema in het apparaat:
2
de leiding-
f1 Veiligheidstemperatuurbegrenzer met netvoedingklem-
men 1-3-5
l2 Omschakel-klemmenstrook
(De vereiste brug voor de schakeling
6 kW 230 V ~/5,5 kW 220 V ~ bevindt zich in het toebehoren.)
Installatie-instructie
De installatie van niet-insteekbare apparaten moeten wor-
den uitgevoerd door de netbeheerder of door een erkend
vakbedrijf, dat u ook graag van dienst is bij het verkrijgen
van de toestemming van de netbeheerder voor de instal-
latie van het apparaat.
V.
Apparaten sluiten
VI.
Ingebruikneming
Het apparaat voldoet aan IEC 61000-3-12.
Zekeringen in de meterkast voor de doorstroomgeiser
inschakelen.
De Warmwaterkraan openen en de watertemperatuur
controleren.
Leg de werking van het apparaat uit aan de gebruiker en
overhandig hem de gebruikshandleiding.
Voorrangschakeling voor de combinatie met elektrische
warmwaterapparaten (afbeelding A)
Voor deze functie moet een voorrang-schakelaar in de fase-
leiding L2 van het apparaat worden geschakeld. Deze wordt
op het teller- of verdelerpaneel gemonteerd.
a, b Stuurleiding van de elektriciteits-maatschappij voor de
spoelingang van de oplaadbescherming
f1
Veiligheids-temperatuurbegrenzer met
netaansluitklemmen
f3
Voorrangschakelaar (stroomrelais)