MYCOMFORT LARGE
Winter
Waar:
o
Set staat voor de temperatuur ingesteld met de pijltjes
o
ZN staat voor de neutrale zone (parameter P03)
De functioneringsmodaliteit van de thermostaat wordt op het display aangegeven met
de symbolen
(afkoelen) en
VENTILATIE
ALGEMENE ASPECTEN
De bediening kan twee verschillende soorten ventilatie aansturen:
-
trapsgewijze ventilatie met een vast aantal verkiesbare snelheden (3 of 4);
-
gemoduleerde ventilatie met een variabele snelheid van 0% tot 100%
Het gebruik van een van deze twee soorten aansturing is natuurlijk gebonden aan het soort
ventilator (gemoduleerd of ongemoduleerd) die op de machine installeerd is. De bediening
kiest voor een bepaalde aansturing aan de hand van de ingestelde waarde voor de confi-
guratieparameter P14. Op zijn beurt voert de trapsgewijze afstelling naar aanleiding van het
soort klep/pen (ON/OFF of gemoduleerd) twee verschillende logica's uit. Ook deze informatie,
net als de informatie over het soort ventilatie, wordt door de bediening gededuceerd aan
de hand van de waarde die de configuratieparameter P14 aangenomen heeft. Hieruit volgt
dat de instelling van de configuratieparameter P14 voorzichtig uitgevoerd dient te worden
om de correcte functionering van de unit te garanderen.
Nota bene:In de aanwezigheid van de gemoduleerde ventilatie houdt de bediening, voor
een correcte afstelling, ook rekening met het aantal snelheden, aangegeven met de
waarde die aan de configuratieparameter P00 toegekend is. Deze informatie is essentieel,
ondanks dat het tegenstrijdig lijkt te praten over "het aantal snelheden" in de aanwe-
zigheid van een gemoduleerde ventilator, omdat aan het controlesysteem door wordt
gegeven of deze unit geschikt is om te functioneren met natuurlijke thermoconvectie
(met andere woorden: unit 2x1 en dus 4 snelheden) of niet. Aan de hand van deze
informatie volgt de gemoduleerde afstelling van de ventilatie verschillende logica's op.
Kortom, de volgende logica's voor de automatische afstelling worden door de bediening
aangestuurd (en worden hieronder gedetailleerd beschreven):
-
trapsgewijze ventilatie met ON/OFF klep (of afwezig) en 3 snelheden in de modaliteit
afkoelen of verwarmen (spiegellogica's);
-
trapsgewijze ventilatie met ON/OFF klep (of afwezig) en 4 snelheden in de modaliteit
zomer en winter (spiegellogica's);
-
trapsgewijze ventilatie met gemoduleerde klep en 3 snelheden in de modaliteit
zomer en winter (spiegellogica's);
-
trapsgewijze ventilatie met gemoduleerde klep en 4 snelheden in de modaliteit
zomer en winter (spiegellogica's);
-
afstelling van de gemoduleerde ventilatie met ON/OFF klep in de modaliteit zomer
en winter (spiegellogica's);
-
afstelling van de gemoduleerde ventilatie met gemoduleerde klep
TRAPSGEWIJZE VENTILATIE
Keuze Snelheid functionering
Door gebruik te maken van de knop Fan
snelheden te kiezen:
AUTO
-
Automatische snelh: naar aanleiding van de ingestelde temperatuur
en de luchttemperatuur van de omgeving.
> VOOR CONFIGURATIES MET 3 SNELHEDEN EN KLEP/PEN ON/OFF (OF AFWEZIG):
AFKOELEN
È severamente vietata la riproduzione anche parziale di questo manuale / All copying, even partial, of this manual is strictly forbidden
Zomer
Luchttem-
peratuur
(opwarmen).
is het mogelijk om de volgende
Snelh.
3: Maximum
2: gemiddelde
1: minimum
Omgevingstem-
peratuur
OPWARMEN
> VOOR CONFIGURATIES MET 4 SNELHEDEN EN KLEP/PEN ON/OFF (OF AFWEZIG):
Snelh.
AFKOELEN
OPWARMEN
NB: bij de configuraties met 4 snelheden en klep wordt de ventilatie tijdens het opwarmen
met 0,5°C vertraagd om een eerste fase voor naturale convectie mogelijk te maken.
> VOOR CONFIGURATIES MET 3 SNELHEDEN EN GEMODULEERDE KLEP/PEN:
Snelh.
AFKOELEN
OPWARMEN
> VOOR CONFIGURATIES MET 4 SNELHEDEN EN GEMODULEERDE KLEP/PEN:
AFKOELEN
139
Snelh.
Omgevingstem-
peratuur
Snelh.
3: maximum
2: gemiddelde
1: minimum
sm: superminimum
Omgevingstempe-
ratuur
Omgevingstempe-
ratuur
Snelh.
NL
3: maximum
2: gemiddelde
1: minimum
Omgevingstempe-
ratuur
Omgevingstempe-
ratuur
Snelh.
3: maximum
2: gemiddelde
1: minimum
sm: superminimum
Omgeving-
stemperatuur
FC66002638 - rev. 08