5. Bediening
5.1 Verlichting van de uitademing softPAP
Als uw arts de softPAP-functie heeft vrijgeschakeld kunt u tussen twee softPAP-standen
kiezen c.q. de softPAP-functie deactiveren.
softPAP -stand selecteren
soft 0
= softPAP uit
soft 1
= softPAP licht
= softPAP normaal
soft 2
Als de actuele softPAP-instelling niet knippert, werd deze door uw arts geblokkeerd. In
dit geval kunt u de instelling niet veranderen.
2. Druk zo vaak op de in-/uitschakeltoets
"soft 2" in het display verschijnt.
Met de instelling "soft 1" wordt de therapiedruk tijdens de expiratie licht geredu-
ceerd, met "soft 2" iets sterker (normaal).
Indien er 5 seconden lang geen toets wordt bediend, verdwijnt de weergave en staat er
weer "0" in het display.
softPAP deactiveren
= softPAP uit
soft 0
= softPAP licht
soft 1
= softPAP normaal
soft 2
Als de actuele softPAP-instelling niet knippert, werd deze door uw arts geblokkeerd. In
dit geval kunt u de instelling niet veranderen.
2. Druk zo vaak op de in-/uitschakeltoets
verlichting van de uitademing is nu geactiveerd.
Indien er 5 seconden lang geen toets wordt bediend, verdwijnt de weergave en staat er
weer "0" in het display.
1. Druk bij uitgeschakelde SOMNOsoft + zolang op de soft-
start-toets
, tot de actuele softPAP-stand knipperend
25
in het display verschijnt.
tot de gewenste softPAP-stand "soft 1" of
24
1. Druk bij uitgeschakelde SOMNOsoft + zolang op de soft-
start-toets
tot de actuele instelling "soft 1" of
25
"soft 2" knipperend in het display verschijnt.
tot "soft 0" in het display verschijnt. De
24
Bediening
53