Storing
Het apparaat borrelt,
zoemt of gorgelt of
klikt.
Apparaat produceert
geluiden.
Oorzaak en probleemoplossing
Geen storing. Een motor draait, bijv. koelaggregaat,
ventilator. Er stroomt koudemiddel door de buizen.
Motor, schakelaars of magneetventielen schakelen in-
of uit.
Geen handeling vereist.Geen handeling vereist.
Uitrustingsdelen wiebelen of klemmen.
Controleer de uitneembare uitrustingsdelen en zet
▶
ze eventueel opnieuw in het apparaat.
Serviesgoed raakt elkaar.
Zet het serviesgoed verder uit elkaar.
▶
Supervriezen is ingeschakeld.
Geen handeling vereist.Geen handeling vereist.
Storingen verhelpen nl
85