nl Reiniging en onderhoud
13.3 Binnenruimte reinigen
LET OP!
Ondeskundige reiniging kan de binnenruimte beschadi-
gen.
Gebruik geen ovenspray, geen schuurmiddelen of
▶
andere agressieve reinigingsproducten voor de
oven.
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
Met warm zeepsop of azijnwater reinigen.
2.
Gebruik bij sterke verontreiniging ovenreiniger.
3.
Ovenreiniger uitsluitend in een koude binnenruimte
gebruiken.
Tip: Om onaangename geuren te verhelpen, een
kopje water met een paar druppels citroensap ge-
durende 1 tot 2 minuten met maximaal magnetron-
vermogen verwarmen. Om kookvertraging te vermij-
den altijd een lepel er in plaatsen.
De binnenruimte met een zachte doek afnemen.
4.
De binnenruimte met geopende deur laten drogen.
5.
Verlaagde deel in de binnenruimte reinigen
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
2.
LET OP!
Water kan door de aandrijving van het draaiplateau
naar het binnenste van het apparaat lopen en het
apparaat beschadigen.
Reinig nooit het verlaagde gedeelte van de bin-
▶
nenruimte met een natte doek.
Reinig het verlaagde gedeelte van de binnenruimte
met een vochtige doek.
Draaischijf reinigen
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
De draaischijf verwijderen.
2.
De draaischijf met warm zeepsop en een zacht
3.
schoonmaakdoekje reinigen.
Met een zachte doek nadrogen.
4.
De draaischijf weer plaatsen.
5.
Erop letten dat de draaischijf juist vastklikt.
13.4 Voorzijde van het apparaat reinigen
LET OP!
Ondeskundige reiniging kan de voorzijde van het appa-
raat beschadigen.
Geen glasreiniger, metalen of glazen schraper ge-
▶
bruiken voor het schoonmaken.
Om corrosie op RVS-fronten te vermijden, kalkvlek-
▶
ken, vetvlekken, zetmeelvlekken en eiwitvlekken on-
middellijk verwijderen.
Bij RVS-oppervlakken speciale RVS-reinigingsmid-
▶
delen voor warme oppervlakken gebruiken.
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
De voorkant van het apparaat met heet zeepsop en
2.
een vaatdoek reinigen.
Opmerking: Geringe kleurverschillen op de voorzij-
de van het apparaat ontstaan door gebruik van ver-
schillende materialen, zoals glas, kunststof en me-
taal.
138
Bij RVS-apparaatfronten het RVS-reinigingsmiddel
3.
heel dun opbrengen met een zachte doek.
Het RVS-reinigingsmiddel is verkrijgbaar bij de klan-
tenservice of in de vakhandel.
Met een zachte doek nadrogen.
4.
13.5 Bedieningspaneel reinigen
LET OP!
Ondeskundige reiniging kan het bedieningspaneel be-
schadigen.
Het bedieningspaneel nooit nat afnemen.
▶
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
Het bedieningspaneel met een microvezeldoek of
2.
een zachte, vochtige doek reinigen.
Met een zachte doek nadrogen.
3.
13.6 Accessoires reinigen
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
Ingebrande etensresten met een vochtige vaatdoek
2.
en heet zeepsop losweken.
De accessoires met heet zeepsop en een vaatdoek
3.
of een afwasborstel reinigen.
De roest met RVS-reiniger of in de vaatwasser reini-
4.
gen.
Gebruik bij sterke verontreiniging een RVS-spiraal-
spons of ovenreiniger.
Met een zachte doek nadrogen.
5.
13.7 Deurafdichting reinigen
LET OP!
Ondeskundige reiniging kan de deurafdichting bescha-
digen.
Gebruik geen metalen schraper of schraper voor vi-
▶
trokeramische kookplaat voor het reinigen.
Geen schurende reinigingsmiddelen gebruiken.
▶
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 137
Reinig de deurafdichting met heet zeepsop en een
2.
zachte vaatdoek.
3.
Met een zachte doek nadrogen.
13.8 De binnenruimte handmatig drogen
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Het apparaat wordt heet tijdens het gebruik.
Laat het voor de reiniging afkoelen.
▶
Verontreiniging in de binnenruimte verwijderen.
1.
De binnenruimte drogen met een zachte doek.
2.
De apparaatdeur open laten, tot de binnenruimte
3.
volledig gedroogd is.