REINIGEN
Het toestel reinigen
Reinigingsfunctie
NL 22
Reinig het toestel regelmatig om te voorkomen dat vet- en
voedselresten zich ophopen, met name op de oppervlakken aan de
binnen- en buitenkant, de deur en de deurafdichtingen.
• Reinig de oppervlakken aan de buitenkant met een zachte doek
en warm water met zeep. Veeg na met een schone, natte doek en
droog de oppervlakken af.
• Verwijder spetters en vlekken op de oppervlakken aan de binnen-
kant met een doek met zeep. Veeg na met een schone, natte doek
en droog de oppervlakken af.
• Was de binnenkant van het toestel.
Belangrijk
• Let erop dat er GEEN water in de ventilatieopeningen komt.
• Gebruik NOOIT schurende schoonmaakmiddelen of chemische
oplosmiddelen.
• Zorg er ALTIJD voor dat de afdichting van de deur schoon is. Zo
voorkomt u de ophoping van vuil en kunt u de deur goed sluiten.
Met de Reinigingsfunctie en een vochtige doek verwijdert u eenvoudig
vet en vuil van de wanden.
De reinigingsfunctie gebruiken
Gebruik het reinigingsprogramma alleen als het toestel koud is. Als het
toestel heet is, is het nog moeilijker om vuil en vet te verwijderen met
het programma.
1. Verwijder alle accessoires uit het toestel.
2. Giet 0,15 liter water op de bodem van de ovenruimte.
3. Zet de 'selectieknop' op 'Reiniging' en start het programma. Het
programma duurt 4 minuten.
4. Wacht daarna nog ± 30 minuten. Na 30 minuten zullen de voedsel-
resten aan de emaillen wanden voldoende geweekt zijn om ze met een
vochtige doek te verwijderen.
Let op: Gebruik de Reinigingsfunctie alleen als het toestel volledig is
afgekoeld.