7. Productbeschrijving
De meetwaarden worden op de multimeter (hierna DMM genoemd) digitaal weergegeven. Het meetdisplay van de
DMM bestaat uit 6000 counts (count = laagste displaywaarde). De meting van de spanning en stroom vindt plaats op
basis van de effectieve waarde (True RMS). De juiste manier van aansluiten voor de geselecteerde meetfunctie wordt
op het display weergegeven. Bij een verkeerde aansluiting van de meetkabels verschijnt er een waarschuwing op het
display en klinkt er een geluidssignaal. Dit verhoogt de bedrijfszekerheid van het meetapparaat voor de gebruiker.
Als de DMM gedurende ongeveer 15 minuten niet wordt bediend, schakelt het apparaat automatisch uit. Dit zorgt
voor een langere levensduur van de batterij. De automatische uitschakeling kan handmatig worden gedeactiveerd.
Het meetapparaat is geschikt voor hobby- en professioneel gebruik tot meetcategorie CAT III 600 V.
Er bevinden zich beschermende transportkappen op de meegeleverde schuine stekkers van de meetsnoeren. Verwij-
der deze voordat u de stekkers in de aansluitingen van het meetapparaat steekt.
De DMM kan met de beugel aan de achterzijde zo worden neergezet dat deze beter kan worden afgelezen.
In het mA/µA-stroommeetbereik is het niet meer nodig een onbedoeld geactiveerde zekering te vervangen. De inge-
bouwde PTC-zekeringen beperken in geval van overbelasting de stroom en beschermen zo het meetapparaat en het
stroomcircuit. De PTC-zekeringen worden nadat deze werden geactiveerd na een korte afkoelperiode automatisch
gereset. Het stroommeetcircuit hoeft hiervoor maar kort te worden onderbroken.
Het batterij- en zekeringvak kan alleen worden geopend als alle meetkabels van het meetapparaat zijn verwijderd. Als
het batterij- en zekeringvak is geopend, is het niet mogelijk de meetkabels in de meetbussen te steken. Dit verhoogt
de veiligheid voor de gebruiker.
Draaiknop (D)
De verschillende meetfuncties worden via een draaiknop gese-
lecteerd. Automatische bereikkeuze "AUTO" is gedeactiveerd.
Hierbij wordt altijd het gepaste meetbereik voor elke toepassing
automatisch ingesteld. De stroom-meetbereiken moeten hand-
matig worden ingesteld. Begin de stroommetingen altijd op het
hoogste meetbereik en schakel indien nodig om naar een lager
meetbereik.
Op de draaischakelaar bevindt zich een functieknop (I). Met de
knop "SELECT" schakelt u naar een subfunctie om, wanneer een
meetfunctie dubbel bezet is (bijv. omschakeling weerstandsme-
ting naar diodetest en continuïteitsmeting of AC/DC-omscha-
keling in het spanningsbereik). De subfuncties zijn grijs gemar-
keerd. Met elke keer drukken schakelt u de functie om.
Het meetapparaat is uitgeschakeld wanneer de schakelaar op "OFF" staat. Zet het meetapparaat altijd uit wanneer
u het niet gebruikt.
121