Op de vacuümvoetplaat
VACUUM
VACUUM
Boven: Bij horizontaal boren met vacuümbevestiging mag
nl
de boorkolom niet zonder extra beveiliging gebruikt wor-
den.
Onder: Bij bovenhands boren met boorkolom is het ge-
bruik van een vacuümbevestiging niet toegestaan.
Plaats van de identificatiegegevens op het apparaat
Het type en het seriekenmerk staan op het typeplaatje
van uw apparaat. Neem deze gegevens over in uw hand-
leiding en geef ze altijd door wanneer u onze vertegen-
woordiging of ons servicestation om informatie vraagt.
Type:
Generatie: 01
Serienr.:
2 Beschrijving
2.1 Gebruik volgens de voorschriften
De kernboormachine vormt samen met de boorkolom DD‑HD 30 en met andere door Hilti aanbevolen toebehoren (bijv.
booraanzeteenheid DD AF-CA) een kernboorsysteem, dat geschikt is voor kolomgeleid natkernboren in gewapende
minerale materialen. De kernboormachine wordt elektrisch aangedreven en maakt het boren van volledige gaten en
blinde gaten mogelijk met behulp van diamantboorkronen (niet voor handgeleid boren).
Bij het gebruik van de kernboormachine moet de boorkolom worden gebruikt en dient voor voldoende verankering
met anker of vacuümplaat op de ondergrond te worden gezorgd.
Het apparaat is bestemd voor de professionele gebruiker en mag alleen door geautoriseerd, onderricht personeel
bediend, onderhouden en gerepareerd worden. Dit personeel moet speciaal op de hoogte zijn gesteld van de mogelijke
gevaren. De kernboormachine, de boorkolom, de toebehoren en het gereedschap kunnen gevaar opleveren wanneer
ze door ongeschoolde personen gebruikt, onjuist behandeld of niet volgens de voorschriften worden gebruikt.
Neem de lokale wetgeving m.b.t. de arbeidsomstandigheden in acht.
Bij naar boven gerichte werkzaamheden wordt in combinatie met een natzuiger het gebruik van het wateropvangsys-
teem geadviseerd.
Bij horizontaal boren met vacuümbevestiging (toebehoren) mag de boorkolom niet zonder extra beveiliging worden
gebruikt.
Gebruik voor uitlijnwerkzaamheden op de grondplaat geen slaggereedschap (hamer).
AANWIJZING
Neem naast deze handleiding ook altijd de veiligheids- en bedieningsinstructies voor de andere componenten van het
kernboorsysteem in acht, met name de handleiding van de optionele booraanzeteenheid.
114