NEDERLANDS
Fig. 8 A
NB! Gaten in de vloer ten behoeve van externe lucht.
Fig. 8 B
D
Monteer de voet. De voet bestaat uit een bodemplaat (fig.
1.
8 B-A), 4 poten (fig. 8 B-B) en een bovenplaat (fig. 8 B-C).
2.
Het is belangrijk dat de poten worden gemonteerd zoals in
figuur 8 B-D aangegeven.
3.
Plaats de voet op de definitieve plek en zorg ervoor dat er
een ruimte van min. 50 mm is tussen de voet en de muur.
De vloer en de voet moeten volledig waterpas zijn (fig. 8
4.
B- E). Dit is zeer belangrijk om ervoor te zorgen dat de rest
van de installatie correct is.
80
C
B
50 mm
A
E
Fig. 9
beugel 1
beugel 4
beugel 5
Fig. 10
NB! Gebruik niet de hoekstenen gemarkeerd 223628 tot aan
laag 4. Zie fig 15.
5.
Plaats de eerste laag spekstenen op de bodemplaat. Gebruik
beugel 4 en beugel 6 eronder om ze op hun plek te houden.
6.
Zorg ervoor dat de laag waterpas en correct op de
bodemplaat is geplaatst (fig. 10 A). Gebruik een rubberen
hamer om de stenen aan te passen.
7.
Plaats de voorsteen en de hoekstenen van de tweede laag
met beugel 1 (fig. 10 B).
beugel 2
beugel 2
beugel 3
beugel 6
B
A
3mm