Plaats lege kopjes op het kopjesplateau
3.
8
Controleer of het waterniveau in het waterreservoir
4.
5.
Zo niet, vul het waterreservoir tot de MAX -markering.
Ververs het water minstens een keer per dag.
4
Als het apparaat langere tijd niet is gebruikt, raden we aan om het apparaat en de filterhouder af te
4
spoelen.
6.
Plaats het filterelement in de bijbehorende filterhouder p.
7.
Voor één kopje espresso vult u het filterelement met één doseerlepel gemalen koffie (8 – 9 gr). Voor
twee kopjes espresso vult u het filterelement met twee doseerlepels gemalen koffie (16 – 18 gr).
Plaats voor pads de pad in het midden van het filterelement voor compacte 44 mm pads.
4
Aanstampen is in dit geval niet nodig.
Tik voorzichtig de filterhouder
8.
tegen het aanrecht om de gemalen koffie te verspreiden.
p
Druk de gemalen koffie aan met de stamper o.
9.
Vul de filterhouder niet te vol. De gemalen koffie mag niet tegen de
6
brouwkop aan komen bij het plaatsen zodat alles goed afsluit.
10. Verwijder gemalen koffie van de rand van de filterhouder p.
11. Plaats en draai de filterhouder
in de brouwkop 6. Zorg ervoor dat de handgreep in lijn staat
p
met de CLOSE-markering.
Zorg ervoor dat de filterhouder stevig vastzit. Als de filterhouder niet
6
gemakkelijk geplaatst kan worden, verwijder dan de filterhouder en
verminder de hoeveelheid gemalen koffie.
12. Plaats één of twee kopjes van het kopjesplateau
Als de toetsen voor het zetten van kopjes koffie
Laat het apparaat nooit onbeheerd achter tijdens gebruik.
6
13. Druk op de bijbehorende toets voor het zetten van kopjes koffie
14. Controleer tijdens het proces of de manometer
Om het proces te stoppen voordat het is afgelopen, drukt u weer op de bijbehorende toets voor het
4
zetten van een kopje koffie. De maximale brouwduur is 60 seconden.
Wees direct na gebruik voorzichtig bij het legen van de filterhouder. Het
6
apparaat en de koffieresten zijn nog erg heet.
Als u de hoeveelheid gezette koffie wilt programmeren, houdt u een van de toetsen voor het zetten
4
van een kopje koffie ingedrukt en laat u de knop los wanneer de gewenste hoeveelheid is gezet.
15. Verwijder de filterhouder
uit de brouwkop 6.
p
16. Leeg het filterelement
in een klopdoos of een prullenbak.
f g j k
Als u nog een espresso wilt maken, herhaalt u de stappen uit dit hoofdstuk. Als u klaar bent, raden we
aan om het apparaat te reinigen (Hoofdstuk Dagelijks onderhoud).
48
om de kopjes voor te verwarmen.
tussen de MIN - en MAX-markering is.
9
onder de tuitjes van de filterhouder.
8
branden, kunt u het brouwproces starten.
2 3
om het proces te starten.
2 3
van 0 naar het optimale bereik gaat (8 - 12 bar).
5
M E L K S TO M E N
V
Raak tijdens of direct na gebruik alleen het rubberen handvat van het stoom-
6
en heetwaterpijpje aan. Het stoompijpje wordt heet.
U kunt gestoomde melk bijvoorbeeld gebruiken in een cappuccino of een caffè latte.
4
U kunt de stoomfunctie ook gebruiken voor het opwarmen van chocolademelk of andere dranken.
4
1.
Druk op de stoomfunctieknop
om de stoomfunctie in te schakelen.
1
Het apparaat warmt de stoomfunctie op. De stoomfunctieknop
voor gebruik is, brandt de stoomfunctieknop
1
Vul de melkkan
2.
met melk (max. een halve kan).
y
Als u het stoompijpje gebruikt voor heet water, komen er eerst waterresten uit het stoompijpje
4
voordat de stoomfunctie aangaat. Voor goed gestoomde melk moet u eerst het restant weghalen
voordat u het stoompijpje in de melk doet.
Controleer of de stoomfunctieknop
3.
constant wit brandt.
1
Laat het mondstuk van het stoompijpje
4.
e
5.
Draai de stoomknop
tegen de klok in om het stoompijpje
q
6.
Wacht totdat de melk naar wens gestoomd is.
Wanneer u de zijkant van de melkkan niet langer dan 3 seconden kunt aanraken, is de temperatuur
4
optimaal (circa 65 °C).
7.
Draai de stoomknop
met de klok mee om het stoompijpje
q
Indien niet uitgeschakeld, schakelt de stoomfunctie na 2 minuten automatisch uit.
4
Het stoompijpje is heet na gebruik!
6
Haal het stoompijpje
8.
uit de melk.
e
Plaats het stoompijpje
boven de waterbak t.
9.
e
10. Reinig het mondstuk van het stoompijpje
11. Draai aan de stoomknop
om alle melk uit het stoompijpje
q
12. Druk op een van de toetsen om een kopje koffie te zetten
koelen.
De toetsen om een kopje koffie te zetten
2 3
toetsen om een kopje koffie te zetten
2 3
zetten.
13. Schenk de opgeschuimde melk direct in een espresso.
14. Reinig de melkkan
na gebruik met water of in een vaatwasser.
y
D E H E E T WAT E R F U N C T I E G E B R U I K E N
V
Raak tijdens of direct na gebruik alleen het rubberen handvat van het stoom-
6
en heetwaterpijpje aan. Het stoompijpje wordt heet.
Laat het stoompijpje
1.
in een kopje zakken.
e
Richt de punt van het stoompijpje niet direct op de bodem van het kopje.
6
Draai de stoomknop
tegen de klok in om heet water uit het stoompijpje
2.
q
3.
Draai de stoomknop
met de klok mee om de heetwaterfunctie te stoppen.
q
knippert. Als de stoomfunctie klaar
1
constant wit.
een paar millimeter in de melk zakken.
in te schakelen.
e
uit te schakelen.
e
met een vochtige doek.
e
te verwijderen.
e
om de stoomfunctie af te laten
2 3
beginnen te knipperen. Als de
constant wit branden, is het systeem klaar om koffie te
te laten lopen.
e
49