BEDIENINGSINSTRUCTIES
OPmERKING: Lees voor het gebruik
van het gereedschap aandachtig het
instructieboekje.
GEBRUIK VOLGENS BESTEmmING
Het gereedschap is bestemd voor het met
vaste steun schulpen en het zagen van
uitsparingen in hout, kunststof, metaal,
keramiekplaten en rubber. De machine is
geschikt om recht en in bochten te zagen.
1. AAN/UITScHAKELAAR
Indrukken om het gereedschap te starten en
loslaten om het gereedschap te stoppen.
2. INSTELBARE SNELHEID
Dit gereedschap is uitgerust met een drukknop
waarmee u de snelheid kunt regelen. Het
gereedschap kan IN- of UITgeschakeld worden
door de schakelaar in te drukken of los te
laten. De slagsnelheid van het blad kan van
minimaal naar maximaal worden ingesteld
door de druk die uitgeoefend wordt op
de schakelaar. Oefen meer druk uit om de
snelheid te verhogen, en oefen minder druk
uit om de snelheid te verminderen. (Zie A)
3. PLEK WAAR U DE mAcHINE VAST
KUNT HOUDEN
Houd de zaag altijd stevig met beide handen
vast wanneer deze in gebruik is (Zie A)
4. HET PLAATSEN VAN EEN ZAAGBLAD
ZONDER GEREEDScHAP
Om een zaagblad te plaatsen (Zie B en C)
haalt u de stekker uit het stopcontact. Indien
nodig kunt u de draaivoet (4) naar voren
trekken, weg van de zaagbladklem zodat u
er makkelijker bij kunt. Duw de knop voor
de klem van het zaagblad (3) naar beneden
met uw duim, zoals getoond op de tekening.
Plaats het zaagblad door de voorkant van
de draaivoet in het klemmechanisme van de
zaag. Zorg ervoor dat de pin in de klem in het
gat in het zaagblad past. Laat de knop voor
het verwisselen van het zaagblad los. Trek
het zaagblad naar buiten en op en neer om u
ervan te verzekeren dat het blad op de juiste
wijze gemonteerd is in de klem.
Reciprozaag
Haal de stekker uit het stopcontact wanneer
u het zaagblad gaat verwisselen(Zie B en C) .
Indien nodig, kunt u de draaivoet naar voren
trekken, weg van de zaagbladklem zodat u
er makkelijker bij kunt. Duw de knop van de
zaagbladklem met de duim naar beneden en
trek het zaagblad uit de klem.
5. AFSTELLEN VAN DRAAIBARE
VOETPLAAT
Moet de snijcapacteit van het gereedschap
verminderd worden, dan kan het draaiende
voetje van het mes (4) als volgt versteld
worden:
Maak met de meegeleverde inbussleutel de
twee schroeven aan de onderzijde van de
behuizing los (Zie D). Verschuif het draaiende
voetje van het mes tot de gewenste afstand
ontstaat tussen het einde van het mes (Zie
D) en het draaiende voetje van het mes.
(Deze afstand komt overeen met de nieuwe
snijcapaciteit.) Draai nu beide schroeven
goed vast. De schuif van het draaiende voetje
van het mes is nu geblokkeerd, maar het
draaiende voetje van het mes kan nog steeds
draaien, want het moet de werkoppervlakte
volgen.
6. DRAAIVOET
De draaivoet moet altijd stevig tegen het te
zagen materiaal gedrukt worden om trillingen,
het verspringen van het zaagblad of het
breken van het zaagblad te voorkomen.
7. ZAGEN OP mOEILIJKE PLEKKEN
Met dit gereedschap kunt u ook zeer dicht
bij vloeren, muren en op andere moeilijke
plekken zagen. Schuif het zaagblad met de
zaagtanden omhoog in de zaagbladklem
(tegengesteld aan de normale werkpositie).
Hiermee kunt u dichter bij het oppervlak zagen
(Zie E). Als u speciale, flexibele zaagbladen
gebruikt, plaatst u deze in de zaagbladklem
met de zaagtanden naar beneden gericht
(normale werkpositie). Hiermee kunt u ook
pijpen doorzagen (Zie F).
8. HET ZAGEN VAN HOUT
Zorg er altijd voor dat het werkobject
stevig vastgeklemd zit om bewegingen te
voorkomen. Om het gereedschap beter onder
45
NL