AANSLUITING OP DE ENERGIEBRONNEN
van de tank kunnen veroorzaken.
HET is aanbevelenswaardig om
het laatste stuk buis vóór het ver-
binden met water te spoelen om
eventuele ijzerdeeltjes te verwijderen.
• Verbind één uiteinde van de voeding-
sbuis met de koppeling van de appara-
tuur (afb. 2);
• Verbind het andere uiteinde van de
buis, uitgerust met een filter, aan de af-
sluitkraan (afb. 3-3F).
• De afsluitkraan openen om visueel op
lekkages te controleren (afb. 4).
WATER SPECIFICS / Zie tabel
met technische gegevensm
AANSLUITING OP DE AFVOER
GRIJS WATER / ZIE PAR. ILLUS-
TRATIES - REF. d).
Voor een correcte installatie is het van
essentieel belang dat:
1. De verbinding met de afvoer moet van
het type "OPEN NIET GEHEVELD" zijn
overeenkomstig de plaatselijk geldende
hygiënevooraschriften. Het materiaal
voor aan- en insluiting moet bestand zijn
tegen uitgaande temperaturen van on-
geveer 100°C van de apparatuur.
2. Controleer de correcte helling van de
inrichting voor insluiting en afvoer van
grijs water. De inrichting moet het grijze
water gemakkelijk naar de afvoer van het
riool laten stromen.
3. Voor een correcte afvoer van het water
in het riool moet men de gehele leiding
op obstakels of andere belemmeringen
controleren.
Verhoog de hellinggraad van de af-
voer naar het net (met circa 3° tot
5°) indien er water blijft staan
• Sluit het ene uiteinde van de afvoerbuis
aan op de koppeling van het apparaat;
• Voer het andere uiteinde van de buis
naar de open afvoer (zonder sifon).
• Controleer visueel of de aansluiting her-
metisch dicht zit en of het afvoerwater
wegstroomt.
Zie schematische voorstelling (Afb. 5)
AANSLUITING OP DE ELEKTRI-
SCHE VOEDING
DEZE HANDLEIDING IS EIGENDOM VAN DE FABRIKANT EN ELKE, OOK GEDEELTELIJKE, REPRODUCTIE IS VERBODEN.
De elektrische aansluiting moet worden
uitgevoerd in overeenstemming met de
plaatselijke normen die van kracht zijn,
en dit alleen door bevoegd, bekwaam
personeel. De technische gegevens
zoals vermeld op het typeplaatje van
de apparatuur en weergegeven in deze
handleiding controleren alvorens de aan-
sluitingen tot stand te brengen.
Sluit het apparaat aan op een om-
nipolaire stroomvoorziening met
overspanningscategorie III.
AARDING / Het is noodzakelijk
om het apparaat op een aarding
aan te sluiten. Hiertoe moet u de
klemmen gemarkeerd met de
symbolen op het klemmenbord van de
aankomst van de lijn aansluiten op een
efficiënte aarding, die conform met de
plaatselijke normen die van kracht zijn is
uitgevoerd.
SPECIFIEKE WAARSCHUWINGEN /
De elektrische veiligheid van dit appa-
raat is alleen verzekerd wanneer het
apparaat correct is aangesloten op een
efficiënt aardingssysteem, zoals aan-
gegeven in de plaatselijke normen voor
elektrische veiligheid die van kracht zijn.
De fabrikant wijst alle verantwoordelijk-
heid af wanneer deze veiligheidsnormen
niet worden nageleefd. Het is noodzake-
lijk om deze fundamentele veiligheids-
vereiste te controleren en in geval van
twijfel een zorgvuldige controle van het
systeem aan te vragen, uitgevoerd door
gekwalificeerd, professioneel personeel.
De fabrikant kan niet verantwoordelijk
worden gehouden voor eventuele scha-
de veroorzaakt door het ontbreken van
de aarding van de groep.
De (geelgroene) aardingskabel
niet onderbreken.
AANSLUITINGEN OP DE VER-
SCHILLENDE
DISTRIBUTIENETTEN - ZIE PAR.
ILLUSTRATIES - REF. e).
Verwijder in de voorziene gevallen
het paneel van de kast waarin het
- 12 -
ELEKTRISCHE