SYSTEEMINSTELLINGEN (3/3)
"BT-instellingen" (Bluetooth®)
Ga naar het telefoonmenu door op 10
te drukken en selecteer de sectie "BT-
instellingen" door op 5 te drukken of aan 20
of 25 te draaien en op 22 te drukken op de
bediening bij het stuurwiel.
De volgende instellingen zijn beschikbaar:
– "Volume": het beltoon- of oproepvolume
aanpassen;
– "Beltonen": de beltoon van de auto of de
overgedragen beltoon van de telefoon in-
schakelen;
Als u het volume van de beltoon wilt aan-
passen wanneer een Bluetooth®-telefoon
is aangesloten op het audiosysteem, selec-
teert u "Volume" door te draaien aan 5 en
hierop te drukken of door aan 20 of 25 te
draaien en op 22 te drukken op de bediening
bij het stuurwiel.
Er wordt een nieuw submenu weergegeven:
– "Beltoon";
– "Oproep";
Door op 6 te drukken, kunt u terugkeren
naar het vorige menu.
NL.32
– selecteer een van de twee items door
te draaien aan 5, 20, 22 of 25 en druk
op 5, 20 of 22 op de bediening van het
stuurwiel;
– draai 5, 20, 22 of 25 naar links of rechts
om het volume te verhogen of te verlagen
en bevestig dit door op 5 te drukken;
Als u de beltoon van de auto of de telefoon
wilt activeren via Bluetooth®, selecteert u
"Beltonen" door te draaien aan 5, 20, 22
of 25 en op 5, 20 of 22 te drukken op de be-
diening bij het stuurwiel.
Er wordt een nieuw submenu weergegeven:
– "Auto";
– "Telefoon";
– selecteer een van de twee rubrieken die
u wilt inschakelen door aan 5 te draaien
en druk daarna op 5.
Opmerking: wanneer u een telefoon aan
het audiosysteem koppelt, wordt er een
nieuw item weergegeven in het menu "BT-
instellingen":
– "Telefoonboek bijwerken": het telefoon-
boek bijwerken van de telefoon die aan
het audiosysteem is gekoppeld (bijvoor-
beeld nieuwe contactpersonen toevoe-
gen die nog niet in het systeem zijn opge-
nomen).
– als u het telefoonboek in het audiosys-
teem wilt bijwerken, gaat u naar het menu
"BT-instellingen" door op 10, te drukken
en selecteert u "Telefoonboek bijwerken"
door op 5, 20 of 22 te drukken op de be-
diening bij het stuurwiel.
Weergave van de radioteksten
Geef het menu van radioteksten weer door
op 14 te drukken. Selecteer "Radio" en druk
op 5, 20 of 22 op de bediening van het stuur-
wiel.
De weergave van de radioteksten kan maxi-
maal 64 tekens bevatten.
NB: als er geen informatie wordt verstrekt,
wordt de mededeling "Geen bericht" weer-
gegeven op het scherm.
Voer deze verstellingen uitslui-
tend uit als de auto stilstaat.