3.7 Start- en regeleenheid
De unit heeft een start- en besturingseenheid, zie
beelding 7. De start- en besturingseenheid bestaat uit
de volgende componenten:
1
Transformator TR1, 60 W.
2
Klemmenblok voor de transformator TR1.
3
Aansluitklemmen voor externe noodstop.
4 Schakelaar voor vacuüm-instelpunt.
5
Veiligheidsrelais.
6
Transformator, primaire zekeringen F2 en F3
7
Programmeerbare logische sturing (PLC).
8 Gegevenseenheid 2 (DU2), I/O-module.
9
AM 2 PT100, temperatuursensoringang uitbrei-
dingsmodule.
10 Knop filter reinigen/teststart.
11 Stand-by/bedrijfsknop, dit is de aan/uit-knop.
12 Noodschakelaar.
13 Klemmen: X1: 1-80.
14 Zekering voor 24V DC-voeding voor accessoire.
Zekering F5.
15 Zekering voor stuursignaalkabel (PS). Zekering F4.
Zekering voor stuursignaalkabel (PS). Zekering F4,
1 A snel.
16 Aansluitklemmen beschermende aarding (PE).
3.8 Frequentieomzetter
WAARSCHUWING! Risico op elektrische
schokken
De frequentieomzetter mag pas 5 minuten na
het loskoppelen van de stroomtoevoer geo-
pend worden. De condensatoren in de omzet-
ter hebben een zeer gevaarlijke spanning tot-
dat ze zichzelf ontladen hebben.
VOORZICHTIG! Gevaar voor schade aan
het materieel
• Verander geen parameters in de frequentie-
omzetter zonder schriftelijke toestemming
van degene die voor dit product verantwoor-
delijk is. Zie de Verklaring van overeenstem-
ming. Elke niet-geautoriseerde verandering
kan ervoor zorgen dat de garantie vervalt.
• Start de unit niet als de koelslang is verwij-
derd.
Afbeelding 4
toont de koelluchtslang, die de
koeling van de frequentieomzetter verbetert.
Voor parameterinstellingen in de frequentie-
regelaar raadpleegt u de 'Parametertabel Flex-
PAK frequentieregelaar' in een afzonderlijk do-
cument dat bij de unit wordt meegeleverd.
De frequentieomvormer regelt de motor van de unit,
zodat deze efficiënt werkt en houdt het vacuümni-
FlexPAK
veau van de unit in stand om te helpen voorkomen dat
gevaarlijke negatieve druk ontstaat. De handleiding
Af-
van de frequentieomvormer is bijgevoegd.
4 Accessoires
De start- en besturingseenheid van FlexPAK is voor-
bereid voor de aansluiting van Nederman-accessoires
en klantenverbindingen.
De installatie van accessoires, extra apparatuur en
functies staat beschreven in de handleiding van elk
product en moet uitgevoerd worden volgens de elek-
trische schema's die bij de unit zijn meegeleverd.
Raadpleeg uw plaatselijke Nederman vertegenwoor-
diger voor beschikbare accessoires.
Het meest voorkomende accessoire is een PS-kabel
waarmee externe start/stop-signalering van de klep-
pen op het leidingsysteem mogelijk is. Raadpleeg ook
Hoofdstuk 6 PLC-meldingen
stellingen
voor meer informatie over meldingen en in-
stellingen voor accessoires en klantenverbindingen.
5 Gebruik
De door de unit afgezogen en opgevangen ma-
terialen moeten als afval worden beschouwd
en moeten worden weggegooid.
WAARSCHUWING! Explosiegevaar
• Verzamel geen materiaal dat ontbranding
of blokkering kan veroorzaken. Het is ten
strengste verboden om materiaal te verza-
melen dat gevaarlijke chemische of thermi-
sche reacties kan ondergaan en/of spontaan
kan ontbranden.
WAARSCHUWING! Risico op elektrische
schokken
• Het personeel dat aan het werk is FlexPAK
moet speciale aandacht besteden aan het
vermijden van ontlading van statische elek-
triciteit. De eisen voor veilig gebruik en vei-
lige omgang met brandbaar stof worden be-
schreven in het explosieveiligheidsdocu-
ment. Al het personeel moet worden geïnfor-
meerd.
en
Hoofdstuk 7 PLC-in-
197
NL