59 Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van
het apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde
reiniging van het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen.
59.1 Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de
reiniging van het apparaat begint:
► De apparaat moet regelmatig gereinigd worden. Ook voedselresten moeten
regelmatig verwijderd worden. Een niet in schone toestand gehouden apparaat
heeft een negatief effect op de levensduur van het apparaat en kan leiden tot een
gevaarlijke toestand van het apparaat als ook tot een aantasting van schimmels
en bacteriën.
► Schakelt u de apparaat vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact.
► De sealbalk kan na het vacumeren heet zijn. Er is kans op verbrandingsgevaar!
Wacht u, totdat het apparaat is afgekoeld.
► Reinigt u de binnenkant na gebruik, zodra hij is afgekoeld. Te lang wachten
verzwaart de reiniging onnodig en maakt het in extreme gevallen onmogelijk. Te
sterke verontreinigingen kunnen onder omstandigheden het apparaat
beschadigen.
► Als er vloeistof het apparaat binnendringt, kunnen elektronische componenten
beschadigd raken. Let u er op dat er geen vloeistof door de ventilatiegleuven in
het binnenste van het apparaat terecht komt.
► Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen
oplosmiddelen.
► Kras niet met een hard voorwerp over hardnekkige verontreinigingen.
59.2 Reiniging
Buitenkant van het apparaat
De buitenkant van het apparaat met een vochtige doek of met een milde, niet
schurende zeepoplossing afwissen.
Binnenkant van het apparaat
Reinig de binnenkant van het apparaat met keukenpapier, om etensresten en
vloeistoffen te verwijderen.
Opbergzakjes
Was het zakje in warm spoelwater uit en laat het vervolgens zorgvuldig drogen
voordat u het weer gebruikt.
127