Télécharger Imprimer la page

Alarm.Com GM565 Mode D'emploi page 16

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 9
Daartoe wordt klem 7 (REMOTE) op klem 1 (0V; ingang gevoeligheidsreductie)
aangesloten. De geadviseerde gevoeligheidsinstelling bij deze toepassingen is
«B» of zonodig «C» (afb. 23), echter altijd met SW2 = OFF.
SW5 Type materiaal afb. 23
Standaard: deze instelling geldt voor standaard materiaal, beton en staal.
LWS: deze instelling wordt bij lichtgewicht constructiematerialen (LWS) resp.
kunststof pantseringssystemen toegepast om de hoge dempingsfactor te compen-
seren die bij deze meestal als sandwich-constructie gemaakte objecten zeer hoog
is.
Geadviseerde instellings
Materiaals
Objecten
Beton-staal:
(met minimale storingsgeluiden)
Kluis, Safeloketten
Beton-staal:
(met lichte storingsgeluiden)
Kluis, Safeloketten
Staal:
(met functionele geluiden)
Gepantserde brandkast, Deuren kluis
Staal:
(sterke functionele geluiden)
Gepantserde brandkast, Deuren kluis
Kunststof pantseringsystemen:
(met minimale storingsgeluiden)
Safeloketten, Gepantserde brandkast
Kunststof pantseringsystemen:
(met functionele sterke geluiden)
Geldautomaat, Dag-/nacht-kluisinstallatie
SW6 LED-storingssignaalgeheugen afb. 23
AAN: bij de inbedrijfstelling of het controleren van de werking wordt op de gele
LED-display het max. storingsniveau (3,4V). Deze weergave / opslag wordt pas na
een reset, test van de werking of bij het bereiken van de alarmdrempel gewist. Bij
alarm (4V) geeft de rode LED het alarm tegelijk met het alarmrelais aan.
Belangrijk: bij het sluiten en openen van het huis van de detector kunnen er sterke
contactgeluiden ontstaan die de maximale storingspegel of ook zelfs de alarm-
drempel bereiken. Zodoende zijn geen uitspraken over de storingssignaalopslag
(gele LED) mogelijk wanneer het huis van de detector wordt gemonteerd.
UIT: in deze instelling is de LED display niet actief (normale bedrijfsmodus).
Belangrijk: ook bij SW6 «OFF» wordt een eventueel maximum van de storingspe-
gel opgeslagen, echter alleen bij het omschakelen naar «ON» aangegeven (gele
LED).
Op afstand bediende reductie van de gevoeligheid afb. 24
Als extra beschikt deze detector op klem 7 over een gevoeligheidsreductie-ingang
die zonodig extern kan worden aangestuurd. De detector wordt met een LOW-sig-
naal tot ongeveer 1/5 van de ingestelde gevoeligheid gereduceerd zolang er
sprake is van functionele sterke omgevingsgeluiden, bijvoorbeeld met contact-
schakelaar bij de inwerpopening bij de bediening van dag/nacht-kluizen.
Temperatuurbeveiliging
Een verdere sabotagebeveiliging die controleert op thermische aanvallen of sabo-
tagepogingen direct bij de detector biedt de temperatuurbeveiliging. Bij een belas-
ting met 0,1A, temperatuuranstijging van 1°C/min. ligt de aanspreektemperatuur
bij 98°C±2°C. Continutemperaturen van ≤76°C beïnvloeden de temperatuurbevei-
liging niet. Bij een defecte temperatuurbeveiliging moet de detector worden ver-
vangen omdat een perfecte werking van de detector dan niet meer is gegarandeerd
en de sabotagelus permanent is onderbroken.
Beveiliging tegen boren GMXD2 afb. 25
Een speciaal geharde beschermplaat tegen boren worden gemonteerd in het huis
van de detector. Deze afdekking beschermt het sabotagecontact en het aanslui-
tingsbereik van de detector op effectieve wijze tegen mogelijke sabotagehandelin-
gen.
Leidingsaansluitingsmof GMXC1, GMXC2 afb. 26
De leidingsaansluitingsmof dient voor de vaste en veilige aansluiting van in het
zicht liggende leidingen. GMXC1 voor leidingen met een buitendiameter tot max. f
21mm, GMXC2 voor leidingen met een buitendiameter tot max. f 16mm.
Bij kleinere leidingdiameters evt. een passende verloopmof aanbrengen.
Montage van de leidingsaansluiting:
Leg de leiding tot ca. 5mm vóór het huis van de detector en schuif de mof op de
leiding.
Sluit de aansluitkabel aan en maak deze met kabelbinders vast aan de detector
(afb. 23).
Breek het hele kabelaansluitingsgedeelte in het kunststof eruit.
Plaats het huis van de detector en de leidingsaansluiting op de detector, draai de
schroefjes van het huis vast.
Ingebruikneming
Spanning inschakelen – 1 min. wachten – de detector is gebruiksklaar.
Controleren werking: simuleer een inbraaksignaal binnen het gecontroleerde
aanspreekbereik, bijv. door met een schroevedraaier te krassen of door middel
van het testsignal GMXS1 – de detector geeft alarm.
Controleren van storingsinvloeden:
Sluit het meetinstrument (Ri ≥20kΩ) aan de klem 0V en aan de klem 9 meetuit-
gang voor analoog integratiesignaal:
– rustpegel
<0,1V
– integratiestart
2,5V
– max. stoorpegel
3,4V
– alarmdrempel (onbelast)
4V
Normale storingen mogen de storingspegeldrempel van 3,4V niet overschrijden.
Bij herhaaldelijk overschrijden van deze waarde moet de storingsbron worden ge-
lokaliseerd en geëlimineerd; de gevoeligheid mag slechts in uitzonderingsgevallen
worden gereduceerd. (zie "Extra gevoeligheidsreductie")
p16
Anspreek-
Gevoeligheid
Materiaal
Straal
tijd
SW2
SW3
SW4
SW5
r4m
ON
A
ON
ON
ON
r2,5m
ON
B
OFF
ON
ON
r2m
OFF
C
OFF
ON
ON
r1,5m
OFF
OFF
OFF
D
ON
r2m
ON
A
ON
OFF
ON
r1,5m
ON
B
OFF
OFF
ON
Belangrijk: na het controleren van de storingsoorzaken de LED-display uitscha-
kelen (SW6 = OFF). Daarna de melder dichtmaken.
Onderhoud
Controleer regelmatig (min. 1 x per jaar) de werking en de bevestiging van de
detector.
Goedkeuringen
De nationale goedkeuringsvoorwaarden die betrekking hebben op de toepassing
van het produkt dienen te worden nageleefd.
Technische gegevens
Voedingsspanning (nom. 12V)
Stroomverbruik (12V–/rust)
– alarmtoestand
Alarmuitgang
– relaiscontact
Elektronische alarmuitgang (beveiligd tegen kortsluiting ≤16V
– alarmhoudtijd
Sabotagecontrole
– contactbelasting
– temperatuurbeveiliging
– boorbeveiliging in het deksel
– met afbreekcontact
– voedingsspanning
Meetuitgang klem 9
– rustpegel
– integrationsstart
– max. storingspegel
– alarmdrempel (onbelast)
Functietest (klem 4)
– voor test
– met GMXS1, testduur
Aanspreekstraal (op beton en staal)
Aanspreekbereik (op beton en staal)
Gevoeligheid instelbaar in
Gevoeligheidsreductie (klem 7) op 1/5 van de actuele instelling
Aanspreektijd instelbaar in
Omgevingscondities:
– bedrijfstemperatuur
– temperatuur tijdens opslag
– luchtvochtigheid DIN klasse F
– veiligheidsklasse behuizing
– ongevoeligheid voor hf-storingsvelden (0,1MHz...1GHz) (IEC 801-3)
– maximum tielaatbare storingstoppen op voedingsleiding
– differentieel (IEC 801-5)
– «Common mode» (IEC 801-5)
Tot de levering van de detector behoren
1 Contactgeluiiddetector
1 Montagerichtlijn
1 Montagesjabloon
3 Kabelbinders
GM565
Contactgeluiddetector
GMXP0 Montageplaatje
GMXW0 Muurinbouwset met afdekplaatje
GMXB0 Vloerdoosje
GMXBS0 Schuimstof blok voor vloerdoosje GMXB0
GMXP3 Beschermplaatj verdraaibaar, voor het afdekken van het slot 347 019
GMXS1 Testzender
GMXC1 Leidingsaansluitingsmof 21mm
GMXC2 Leidingsaansluitingsmof 16mm
IRKL3
Extra klem (12 stuks)
7,0...16,0V–
type 3mA
mech. omschakelrelais
30V–/100mA
alarm ⇒ 0V
microswitch gesloten bij geplaatst deksel
30V–/100mA
98±2°C
6V...<7V ⇒ alarm
analoog integratiesignaal
LOW ≤3V / HIGH ≥4V
6 niveaus
LOW ≤3V / HIGH ≥4V
2 niveaus
–20°...+60°C
–50°...+70°C
IEC IP43
≤15V/m
473 365
277 273
277 121
277 202
289 355
420 237
474 432
502 184
445 788
1235e_A4
5mA
2,5s
optie
<0,1V
2,5V
3,4V
4V
≤1s
r=4m
2
50m
<95%
1kV
3kV

Publicité

loading