Warmteniveau handmatig
Bediening
warmteniveau kan worden ingesteld tussen 1,0 en 5,0 resp. op vorstbeveiliging. Bij een reguliere, afgestemde installatie
bedraagt de gewenste ruimtetemperatuur 20°C bij een warmteniveau van 3.0.
Voor zover de parameters van de gewenste ruimtetemperatuur niet door de installateur anders zijn vastgelegd, komt een
verschil in hele getallen (bijv. tussen 3,0 en 4,0) in het warmteniveau overeen met een temperatuurverschil van 2 K. Voor de
vorstbeveiliging is een gewenste ruimtetemperatuur van 10°C in de fabrieksinstellingen gedefinieerd.
Instelling van het warmteniveau op het stuurapparaat:
1. Kies handmatig
Menu > Bediening > Warmteniveau
Chng
2. Druk op
.
3. Selecteer het gewenste warmteniveau met de plus- of mintoets (+ of -).
4. Druk op
Save
.
Het nieuwe warmteniveau wordt ingesteld.
Attentie: Bij verwarmingsinstallaties met elektrische warmteaccumulator kan een weekprogramma voor de oplaadbesturing
slechts zinvol worden toegepast als de oplading moet worden beperkt gedurende enkele dagen per week. Dit is bijvoorbeeld
het geval bij weekendhuisjes die slechts van vrijdag tot zondag de normale oplading moeten krijgen, of kantoren waarbij de
oplading moet worden beperkt van vrijdagavond tot zondagavond.
www.stiebel-eltron.com
.
MENU: BEDIENING
EAC 5 | 9