Installation De La Chaudiere - Riello RESIDENCE AR 25 IS Instructions Pour L'installation

INSTALLATION DE LA CHAUDIERE

Pour une installation correcte il faut rappeler que:
- la chaudière ne doit pas être située sur une cuisinière ou tout
autre appareil similaire
- il est interdit de laisser des substances inflammables où la
chaudière est installée
- les murs sensibles à la chaleur (par exemple les parois en
bois) doivent être protegés avec un isolement approprié
- les écarts minimaux pour les interventions techniques et
d'entretien doivent être respectés.
Il est prevu un kit "platine de pré-raccordement" qui permet de
réaliser les raccordements à l'installation thermique sans l'en-
combrement de la chaudière, qui pourra être montée
successivement.
Raccordez le collecteur des évacuations sur un système
d'évacuation approprié (voir chapitre "Récolte des condensats).
FIXATION DU GABARIT DE PREMONTAGE
Pour la fixation du gabarit, faire référence aux instructions
contenues dans le kit.
FIXATION DE LA CHAUDIERE
- Fixer la plaque au mur par des tasseaux adéquats
- Accrocher la chaudière aux supports de la plaque
- Dévisser les vis (D) de fixation de l'enveloppe
- Tourner en avant le manomètre et le fixer avec la vis (E)
contenue dans la documentation de la chaudière
- Replacer l'enveloppe en utilisant ses vis (D).
FIXATION DU COUVERCLE DE RACCORDS
Une fois les opérations d'installation de la chaudière et son
raccordement aux réseaux de l'eau et du gaz terminées, appliquer
le couvercle des raccords couvercle des raccords couvercle des raccords couvercle des raccords (A-B) en faisant en sorte que ses couvercle des raccords
pattes se logent dans les ouvertures spéciales placées dans la
partie inférieure de la chaudière et fixée-la successivement avec
sa vis C contenue dans l'enveloppe documentation en chaudière.
D
D
18
E
INSTALLATIE VAN DE KETEL
Voor een juiste plaatsing van de ketel, dient de aandacht te worden
gevestigd op het feit:
- dat de ketel niet gemonteerd mag worden boven een
kookfornuis of gelijkaardig toestel
- het is verboden om ontvlambare producten achter te laten in
het lokaal waarin de ketel is geïnstalleerd
- wanden die gevoelig zijn aan warmte (bv. wanden in hout)
dienen afdoend te worden beschermd
- dat de minimumafstanden dienen te worden gerespecteerd
om ongehinderd technische interventies uit te kunnen voeren.
Er is een "montage- en aansluitkit" voorzien die toelaat om de
aansluitingen op de verwarmings- en sanitaire installatie uit te
voeren terwijl de ketel nog niet op haar plaats staat. Het monteren
van de ketel kan nadien geschieden.
De ketel dient aangesloten te worden op een conforme
condensaatafvoer (zie hoofdstuk "Afvoer van condensaat").
BEVESTIGING VAN DE MONTAGEPLAAT MET KRANENSTEL
Raadpleeg de montageinstructies die bij de montagekit gevoegd zijn.
BEVESTIGING VAN DE KETEL
- Bevestig de draagplaat tegen de muur met behulp van stevig
bevestigingsmateriaal
- Hang de ketel op aan de draagplaat
- Schroef de vijzen (D) van de bevestigingsflens van de mantel
los
- Draai de manometer naar voor en fixeer hem met de schroef
(E) die zich in de envelop met de documentatie bevindt
- Herbevestig de mantel met behulp van de schroeven (D).
BEVESTIGING VAN DE AFDEKPLAAT HYDRAULISCHE
AANSLUITINGEN
Eenmaal de hydraulische- en gasaansluiting uitgevoerd, bevestig
de afdekplaat voor de hydraulische aansluitingen (A-B) door de
klemhaken in de openingen onderaan de ketel te schuiven en
vervolgens de afdekplaat met schroef C vast te maken.
A
B
C