- Stel met de vergrendelhendel [1-7] de frees-
diepte 20 mm in. De feitelijke freesdiepte komt
overeen met 10 mm. De deuvel kan alleen in
het midden gepositioneerd worden (zie fi g. 7b).
Let erop dat de freesdiepte minstens 3
mm kleiner is dan de werkstukdiepte.
Anders kan de frees er aan de achterkant
van het werkstuk uit komen, hetgeen een
verhoogde kans op een ongeval met zich
meebrengt.
7.3
Freeshoogte instellen
a)
met voorkeuzeschuif
- Draai de spanhendel [6-1] los voor de instelling
van de freeshoogte.
- Licht met de extra handgreep [6-2] het voorste
deel van het geleideframe op.
- Stel met de schuif [6-6] de gewenste plaatdikte
(16 mm, 20 mm, 22 mm, 25 mm, 28 mm, 36 mm,
40 mm) in.
- Druk het voorste deel van het geleideframe tot
aan de aanslag naar beneden.
- Sluit de spanhendel [6-1].
b)
vrij te kiezen
- Draai de spanhendel [6-1] los voor de instelling
van de freeshoogte.
- Licht met de extra handgreep [6-2] het voorste
deel van het geleideframe op.
- Schuif de schuif [6-6] tot de aanslag in de rich-
ting van de motoreenheid.
- Stel de gewenste freeshoogte in aan de hand
van de schaal [6-3] door het voorste deel van
het geleideframe verticaal te bewegen.
- Sluit de spanhendel [6-1].
7.4
Hoekaanslag instellen
- Draai de spanhendel voor de hoekaanslag [6-4] los.
- Stel de gewenste hoek in: Met behulp van de
schaal [6-5] traploos van 0° - 90°, of door in te
klikken bij 0°, 22,5°, 45°, 67,5° en 90°.
- Sluit de spanhendel [6-4].
Dunne werkstukken met verstek frezen
- Stel de gewenste hoek in.
- Draai de spanhendel [6-1] los voor de instelling
van de freeshoogte.
- Schuif de schuif [6-6] tot de aanslag in de rich-
ting van de motoreenheid.
- Schuif de hoekaanslag geheel naar beneden.
- Sluit de spanhendel [6-1].
Voor het terugplaatsen van de hoekaan-
slag altijd eerst de klem [6-1] loszetten.
7.5
Deuvelgatbreedte instellen
Het instellen van de deuvelgatbreedte met
de draaischakelaar [1-2] is alleen op een
betrouwbare manier mogelijk wanneer
de machine loopt!
De volgende deuvelgatbreedten kunnen worden
ingesteld (fi g. 7a):
13 mm + freesdiameter
19 mm + freesdiameter
23 mm + freesdiameter
7.6
Afzuiging
Sluit de machine altijd aan op een af-
zuiging. Op de afzuigaansluiting [2-2]
kan een Festool-afzuigapparaat met een
afzuigslangdiameter van 27 mm worden
aangesloten.
7.7
Reserve-aanslag met steunstukverbre-
ding
Door de reserve-aanslag [8-1] kan het steunvlak
bij het frezen aan de rand van het werkstuk wor-
den vergroot, waardoor de machine veiliger kan
worden geleid.
Met de twee geïntegreerde aanslagreducties [8-
6] kan de afstand tot het midden van het freesgat
individueel van 37 mm tot 20 mm teruggebracht
worden. Daardoor kan de deuvel vlak langs de
rand gepositioneerd worden.
- Bevestig de reserve-aanslag met de beide
schroeven [8-2] aan de draadgaten [8-3] van
het geleideframe, waarbij het steunvlak van de
afsteunpoot [8-5] en de tafel [8-4] in één vlak
moet liggen.
- Draai voor het terugbrengen van de afstand
een van de afstandsreducties [8-6] naar buiten
(zie fi g. 8). Deze stelt zich automatisch af op de
aanslagpen [8-7].
8
Werken met de machine
Hout is een natuurlijk, niet homogeen materiaal.
Daarom kunnen bij de bewerking ervan steeds
bepaalde afwijkingen in de maat optreden, zelfs
wanneer de machine exact ingesteld is. Ook door
de bediening van de machine (bijv. de snelheid)
wordt de precisie van het werk beïnvloed. Boven-
dien kunnen de maten van de houten DOMINO's,
afhankelijk van de opslag ervan (bijv. vocht),
variëren. Al deze factoren hebben invloed op de
maatnauwkeurigheid van de vervaardigde deu-
velgaten en deuvelverbindingen.
Op basis van talrijke experimenten zijn deze maat-
afwijkingen gemiddeld. Machine en DOMINO-
deuvelmaten zijn op dit gemiddelde ingesteld.
37