stap 5
Dakplaten
Ga voorzichtig tewerk bij het plaatsen van de dakplaten. Zolang het dak niet volledig afgewerkt is, niet op
het dak lopen!! Ga voor U de dakplaten vastlegt na dat alles perfect loodrecht staat (ook de
vakspanten) !
U heeft 3 soorten dakplaten gekregen. Volg het plan voor de montage. Bemerk dat U perfect in het
midden van de vakspant uitkomt. Vijs de platen vast aan de spanten en kaders met vijzen van 5cm.
Gebruik per plaat 9 vijzen.
Versnij de rollen roofing in 4 gelijke delen van 3,15m. Plaats het eerste vel roofing onderaan en laat een
5cm overhangen voor en achteraan en over de zijkant. Nagel om de 10 cm rondom af met de
roofingnagels. Plaats nu het eerst vel roofing onderaan op de andere dakhelft. Breng vervolgens de
hogere vellen aan en laat een 10-tal cm overlappen. Bovenaan gaat U over de nok.
Nagel tot slot de frontale sierlatten S4 in de dakplaten lang voor en achterkant. Plooi de roofing onder
de sierlatten. Plaats als laatste ook nog de schildjes R op de frontale sierlatten. Aan de zijkanten plooit u
ruim de roofing onder de dakplaten en klem u deze tussen de latten SR en de dakplaat. gebruik 4 vijzen
van 3cm per lat SR
stap 5
Sierlatten
Plaats verticale sierlatten volgens plan met telkens 3 vijzen van 3 cm per lat.
16
17
18
20