Overzicht voor het instellen van de draadspanning, twee naalden (vier draden)
A: Achterkant
B: Goede kant
F: Draad van onderste grijper
C
A
B
A
D
B
C
A
D
B
A
E
F
B
A
F
E
B
A
F
E
B
C: Linker naalddraad
D: Rechter naalddraad
Linker naalddraad
is te los.
Rechter
naalddraad is te
los.
Linker naalddraad
is te strak.
Rechter
naalddraad is te
strak.
Bovenste
grijperdraad is te
strak.
Onderste
grijperdraad is te
los.
Bovenste
grijperdraad is te
los.
Onderste
grijperdraad is te
strak.
Bovenste
grijperdraad is te
los.
Onderste
grijperdraad is te
los.
E: Draad van bovenste grijper
Zet linker
naalddraad
strakker. (geel)
Zet rechter
naalddraad
strakker. (groen)
Zet linker
naalddraad
losser. (geel)
Zet rechter
naalddraad
losser (groen).
Zet bovenste
grijperdraad
losser (roze)
Zet onderste
grijperdraad
strakker (blauw)
Ga bij het afstellen van de
Zet bovenste
draadspanning als volgt te
grijperdraad
werk:
strakker (roze).
(1) Linker naalddraad
(2) Rechter naalddraad
Zet onderste
(3) Bovenste grijperdraad
grijperdraad
(4) Onderste grijperdraad
losser (blauw).
Dit is de beste manier om
de juiste draadspanning te
Zet bovenste
verkrijgen.
grijperdraad
strakker (roze)
Zet onderste
grijperdraad
strakker (blauw)
9