• Bepaal de afstand tot de zone die moet
worden geïnspecteerd. Met verlengka-
bels kunt u het bereik van de camera
vergroten tot 9,1 m.
• Controleer of er obstakels zijn die erg
scherpe bochten in de kabel noodza-
kelijk maken. De inspectiecamera kan
bochten met een straal tot 50 mm ne-
men zonder beschadiging.
• Controleer of de te inspecteren zone
van stroom wordt voorzien. Zo ja, moet
de stroomvoorziening van die zone
worden uitgeschakeld om het risico van
elektrocutie te beperken. Gebruik aan-
gepaste vergrendelingsprocedures om
te voorkomen dat de stroom opnieuw
wordt ingeschakeld tijdens de inspectie.
• Ga na of u tijdens de inspectie op vloei-
stoffen zult stoten. De kabel en camer-
akop zijn waterdicht tot een diepte van
3 m. Grotere dieptes kunnen lekkage in
kabel en camerakop veroorzaken met
het risico van een elektrische schok of
beschadiging van het apparaat. Het
handdisplay is niet waterdicht en mag
niet aan vocht worden blootgesteld.
• Ga na of er eventueel chemicaliën aan-
wezig zijn, zeker als het om afvoerlei-
dingen gaat. Het is belangrijk dat u de
specifieke veiligheidsmaatregelen be-
grijpt die noodzakelijk zijn om te wer-
ken in aanwezigheid van chemicaliën.
Contacteer de chemicaliënfabrikant
voor de vereiste informatie. Chemica-
liën kunnen de inspectiecamera be-
schadigen of aantasten.
• Bepaal de temperatuur van de zone en
de voorwerpen in de zone. De bedrijfs-
temperatuur van de inspectiecamera
bedraagt 0°C tot 50°C. Gebruik bij tem-
peraturen buiten dit bereik of contact
met hetere of koudere items kan scha-
de aan de camera veroorzaken.
• Controleer of de te inspecteren zone
bewegende onderdelen bevat. Zo ja,
moeten die onderdelen worden uit-
geschakeld om beweging tijdens de
inspectie te voorkomen en het risico
van verstrikking te beperken. Gebruik
aangepaste vergrendelingsprocedures
om te voorkomen dat de onderdelen
tijdens de inspectie opnieuw in bewe-
ging komen.
micro CA-100 Inspectiecamera
Als de micro CA-100 inspectiecamera niet het
juiste apparaat is voor de betreffende toepas-
sing, kunt u altijd bij RIDGID terecht voor an-
dere inspectieapparatuur. Voor een complete
lijst van RIDGID-producten, zie de RIDGID-ca-
talogus, online op www.RIDGID.com of www.
RIDGID.eu.
3. Vergewis u ervan dat de micro CA-100 in-
spectiecamera voor elk gebruik grondig
is gecontroleerd.
4. Installeer de juiste hulpstukken voor de
toepassing.
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING
Draag altijd een beschermbril om uw ogen
te beschermen tegen vuil en andere vreem-
de elementen.
Volg de bedieningsinstructies om het risico
van letsel door een elektrische schok, ver-
strikking of andere oorzaken te beperken.
1. Vergewis u ervan dat de inspectiecamera
correct is afgesteld, de werkplek goed is
ingericht en u niet kunt worden afgeleid
door omstanders of andere zaken.
Beeld
roteren
LED-helderheid
verlagen
Figuur 8 – Bedieningselementen
2. Inschakelen: Houd de aan/uit-knop ge-
durende 3 seconden ingedrukt.
Batterij-
indicator
Vermogen
LED-helderheid
verhogen
57