Wireless-G-breedbandrouter
RADIUS. Met deze optie wordt WEP gebruikt in combinatie met een RADIUS-server. (Gebruik deze optie alleen als
een RADIUS-server op de router is aangesloten.) Voer eerst het IP-adres en het poortnummer van de RADIUS-
server in, en een sleutel die wordt gedeeld door de router en de server. Selecteer vervolgens een
standaardzendsleutel (hiermee bepaalt u welke sleutel wordt gebruikt) en het niveau van de WEP-codering: 64
bits 10 hex digits (64-bits 10 hexadecimale tekens) of 128 bits 26 hex digits (128-bits 26 hexadecimale
tekens). Genereer ten slotte een WEP-sleutel met de wachtzin of voer de WEP-sleutel handmatig in.
WEP. WEP is een basiscoderingsmethode, die minder veilig is dan WPA. Als u WEP wilt gebruiken, selecteert u
een standaardzendsleutel (hiermee bepaalt u welke sleutel wordt gebruikt) en het niveau van de WEP-codering:
64 bits 10 hex digits (64-bits 10 hexadecimale tekens) of 128 bits 26 hex digits (128-bits 26 hexadecimale
tekens). Genereer vervolgens een WEP-sleutel met de wachtzin of voer de WEP-sleutel handmatig in.
Wijzig deze instellingen aan de hand van deze instructies en klik op de knop Save Settings (Instellingen opslaan)
als u de wijzigingen wilt toepassen of klik op Cancel Changes (Wijzigingen annuleren) als u de wijzigingen wilt
annuleren. Raadpleeg "Bijlage B: Draadloze beveiliging" voor uitgebreide instructies voor het configureren van
draadloze beveiliging voor de router.
Hoofdstuk 5: De Wireless-G-breedbandrouter configureren
Het tabblad Wireless (Draadloos) - Wireless Security (WLAN-beveiliging)
BELANGRIJK: Als u WEP-codering gebruikt,
houd er dan rekening mee dat elk apparaat in
uw draadloze netwerk dezelfde WEP-
coderingsmethode en -coderingssleutel moet
gebruiken, anders functioneert het draadloze
netwerk niet naar behoren.
Figuur 5-22: Tabblad Wireless (Draadloos) - Wireless
Security (WLAN-beveiliging) (RADIUS)
Figuur 5-23: Tabblad Wireless (Draadloos) - Wireless
Security (WLAN-beveiliging) (WEP)
23