– laat de verwarmingsinstallatie lee-
glopen als er vorstgevaar is.
3.3
REINIGEN VAN DE KETEL
De ketel en de rookgasafvoerpijp moe-
ten elk jaar schoongemaakt worden.
Om de ketel schoon te maken moet de
deur die ter ondersteuning van de
brander dient opengemaakt worden
en moet de deur met de betreffende
isolatie- en beschermingspanelen
verwijderd worden. Als er een brander
met lage emissie van verontreinigende
stoffen (NOx: Klasse 3) gemonteerd is
moet de bevestigingsmoer van het
mondstuk verwijderd worden om de
deur van de verbrandingskamer hele-
maal open te kunnen maken (fig. 12).
Brander
NOx: Klasse 3
Serie "1R OF"
Voordat u de modellen "1R 6 OF" en
"2R 6 ÷ 9 OF/OF S/GT OF" schoon
gaat maken moet u eerst de turbulato-
ren verwijderen. Na het reinigen die-
nen de turbulatoren weer in hun oor-
spronkelijke positie te worden terugge-
zet. Voor het reinigen van de rookkana-
len dient een speciale borstel (fig. 13)
te worden gebruikt.
OPMERKING Doe voor deze werk-
zaamheden een beroep op uw instal-
lateur.
3.4
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN
VOOR DE GEBRUIKER
In geval van defecten en/of storingen
in de werking van het toestel moet u
Serie "2R OF/OF S/GT OF"
het toestel uitschakelen en u onthou-
den van elke poging om het toestel zelf
te repareren of er zelf aan te sleute-
len. Voor alle reparatiewerkzaamhe-
den mag u zich uitsluitend tot de
Erkende Technische Servicedienst in
uw regio wenden.
Mondstuk
Fig. 12
Fig. 13
33