Hinweis!
Dadurch daß der Meßeingang sehr empfindlich ist kann es
sein, daß bei freiliegenden Meßleitungen (nicht mit einem Meß-
objekt verbunden) irgendwelche Meßwerte ("Phantommeßwer-
te") angezeigt werden. Diese "Erscheinung" ist normal und
verschwindet, sobald Sie Ihre Messung durchführen.
D Wechselstrommessung (True rms)
Es dürfen sich bei dieser Messung keine Meßleitun-
gen im Meßgerät befinden !
Zur Messung von Wechselströmen gehen Sie wie folgt vor:
Stellen Sie den Drehschalter auf "AC~ 400A" oder auf "AC~ 1500A".
Umschließen Sie nicht mehr als einen isolierten Leiter in einem ein-
phasigen System oder mehrere isolierte Leiter eines mehrphasigen
Systems. Beachten Sie dabei unbedingt die Sicherheitsbestim-
mungen.
Achtung!
Unterhalb der "Zange" befindet sich ein Hand-
schutz, ein Kunststoffwulst. Greifen Sie während der
Messung / beim Umschließen des Leiters oder der Stromschie-
ne niemals über den Handschutz hinaus — LEBENSGEFAHR !
Außerdem kann unter ungünstigen Umständen ein Lichtbogen
zustandekommen. Beachten Sie zu Ihrer Sicherheit unbedingt
die Sicherheitsbestimmungen.
Der/die Leiter muß/müssen sich lose im Stromsensorbereich ("Zan-
genöffnung") bewegen lassen. Achten Sie während der Ablesung
darauf, daß sich der Leiter möglichst im Zentrum (in der Öffnungs-
mitte), befindet.
20
De verschillende meetbereiken zijn in een hele cirkel aangeduid
(met de klok mee vanaf "OFF") en door de schakelaar te draaien te
kiezen: "AR" in haakjes () betekent Auto Range = automatische be-
reikskeuze:
DC=
= gelijkstroommeting
AC~
= Wisselstroommeting
-I(-
= Capaciteitsmeting (AR)
->I-
= Diodetest
Ohm
= Weerstandsmeting (AR)
+)))
= Doorgangstest
Hz
= Frequentiemeting (AR)
V~
= Wisselspanningsmeting (AR)
V=
= Gelijkspanningsmeting (AR)
C Gebruiksstand
Gebruik de stroomtang alleen zo dat u de vloeibare kristalweergave
(engels kort: LCD) kunt lezen resp. de digitale weergave naar uw
toe wijst.
Doorvoeren van metingen
A) Algemeen
A1 Meetleidingen
Gebruik voor alle metingen, behalve wissel- of gelijkstroom, uitslui-
tend de meetsnoeren welke met het apparaat meegeleverd wor-
den. Voor stroommetingen moeten de meetsnoeren van het meet-
apparaat verwijderd worden.
97