Table des Matières
Publicité
bereich bis max. 400 kHz, einen Diodentester für versch. Halbleiter
und einen Durchgangsprüfer. Bei Widerständen kleiner als ca. 40
Ohm ertönt ein akustisches Signal.
Als Besonderheit gilt die Möglichkeit, Kondensatoren von wenigen
nF (Nano-Farad) bis 40 uF (Micro-Farad) messen zu können. Bei
der Messung von Wechselgrößen (Spannung und Strom) wir der
echte Effektivwert ermittelt und angezeigt = True rms - Messung
(bis zu einem Crest-Faktor von 3).
Die Stromzange ist sowohl im Hobby-Bereich als auch im industri-
ellen oder schulischen Bereich usw. universell einsetzbar
Handhabung, Inbetriebnahme
A Einbau der Batterie - Batteriewechsel
Damit Ihre Stromzange einwandfrei funktioniert, muß sie mit einer
9-V-Blockbatterie (Typ 6F22 o.ä.) bestückt werden. Wenn das Bat-
teriewechselsymbol unten links in der Anzeige erscheint, müssen
Sie einen Batteriewechsel durchführen. Hierzu gehen Sie wie folgt
vor:
- Trennen Sie Ihr Meßgerät vom Meßkreis, entfernen Sie sämtli-
che Meßleitungen
- schalten Sie es aus (Drehschalter auf "OFF") und
- drehen Sie mit einem geeigneten Schraubendreher die Befe-
stigungsschraube des Batteriefachdeckels heraus.
- Heben Sie die Abdeckung nun vorsichtig ab.
- Trennen Sie die verbrauchte Batterie vom Anschlußclip und
- ersetzen Sie die Batterie durch eine Unverbrauchte gleichen
Typs.
- Achten Sie auf die richtige Polung (+ und -)
- Nach erfolgtem Batteriewechsel verschließen Sie das Meß-
gerätegehäuse wieder sorgfältig
12
3. Controleer de doorgang van de meetsnoeren doordat u beide
meetpunten met elkaar verbindt. Hierop moet zich een weer-
standswaarde van ca. 0 Ohm instellen.
4. Nu verbindt u de testpunten met het meetobject. Nu wordt de
meetwaarde weergeven, indien het meettraject niet te hoogoh-
mig of onderbroken is.
Aanwijzing!
Als u een weerstandsmeting uitvoert, moet u er op letten dat
de meetpunten, die u met de testpunten aanraakt, vrij zijn van
vuil, olie, soldeerlak of dergelijke. Dergelijke omstandigheden
kunnen de meetwaarde vervalsen.
Zodra er "OL" (voor Overload = overbelasting of overloop) op
het display verschijnt, hebt u het meetbereik overschreden re-
sp. is het meettraject onderbroken.
G Diodetest
Voor het meten van diodes of halfgeleidertrajecten handelt u als volgt;
1. Verbind het zwarte meetsnoer met de COM-bus en het rode
meetsnoer met de bus "HzOhmF->I-" .
2. Zet de draaischakelaar op ">I- " en verbind de testpunten met
het meetobject, een spanningsloze halfgeleidertraject, de rode
testpunt aan de anode, de zwarte testpunt aan de kathode (deze
is meestal gekenmerkt met een kleurring, -punt of derg.).
Als u een diodetraject in doorlaatrichting test, wordt een span-
ning vanaf ca. 0,25 V (Germanium) of 0,7 V (Silicium) tot ca. 3,2 V
(resp. 250 mV, 700 mV tot ca. 3200 mV) gemeten, indien het di-
odetraject niet defect is.
Als u nu de testpunten omruilt, dus rood aan kathode en zwart aan
anode, zo controleert u de zog. blokkeerrichting van het diodetraject.
Verschijnt hierna "3,3", is de diode in orde. Wordt daarentegen
een andere spanningswaarde weergegeven, heeft u het meetob-
ject fout aangesloten of het is defect.
105
Publicité
Table des Matières
