5. Nadat aan de voorwaarde in fase 4 is voldaan, legt u ma-
ximaal 2 stukken hout met een totaalgewicht van 1,5 à 2
kg en een lengte van 25 à 30 cm op de gloeiende laag, in
één laag, met een onderlinge afstand van ongeveer 1 cm.
6. Open de luchttoevoer maximaal en sluit het deurtje.
Het verse hout zal na 2 à 3 minuten vlam vatten.
Indien het hout geen vlam vat, kunt u het deurtje een
beetje openen, opdat er voldoende lucht binnenstroomt
om het hout te doen ontbranden. Sluit het deurtje weer
wanneer het hout brandt.
Het is belangrijk dat de verse hoeveelheid hout
snel gaat branden. Om te garanderen dat de
brandstof snel oplicht, moet u de verbrandings-
lucht maximaal openen of de deur op een kier
zetten om de hoeveelheid lucht nodig voor de
ontbranding te laten binnenstromen.
Als het hout echter alleen maar smeult, zal er
veel rook ontstaan. Die kan, in het ergste geval,
een explosieve ontsteking van de verbrandings-
gassen veroorzaken, met het risico op materiaal-
schade en persoonlijk letsel.
7. Verminder de hoeveelheid verbrandingslucht tot de ge-
wenste stand, zodat de optimale verbranding verder
gaat.
Zorg ervoor dat er altijd voldoende lucht (zuurstof)
is om heldere, constante vlammen te behouden, zo-
wel tijdens als na het reduceren van de hoeveelheid
verbrandingslucht.
Tijdens de officiële tests moest er om de 70-80 minu-
ten brandstof worden toegevoerd.
8. Wanneer het hout op het vuur gereduceerd is tot een
dikke gloeiende laag, kan een nieuwe partij hout wor-
den toegevoegd, door de fasen 5 & 7 te herhalen.
30
Vigtigt!