Scheppach hf 50 Mode D'emploi page 43

AANVULLENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
• Voordat u de elektrische geleider in gebruik neemt,
moet u controleren of het geleidingshulpmiddel stevig
is bevestigd en soepel loopt!
• Gebruik nooit een geleidingsmes van slechte kwaliteit
of een mes dat beschadigd is.
• Gebruik alleen geleidingsmessen waarvan de schacht-
doorsnede voldoet aan de specificaties in de instruc-
ties.
• De maximumsnelheid die is opgegeven voor de gelei-
dingsmessen, mag niet worden overschreden.
• Zaag nooit over metalen onderdelen, schroeven, nagels,
enz.
• Om schade aan de geleider te voorkomen, moet u con-
troleren of er geen vreemde objecten zijn vastgelopen
op het werkstuk.
• Wacht tot de geleider op volle snelheid is voordat u het
geleidingsmes in het werkstuk duwt.
• Als de geleider verstopt raakt door afval, schakelt u
deze uit. Laat de geleider uitlopen tot deze volledig is
gestopt. Verwijder het afval met een lange stok en niet
met uw vingers.
• Laat de geleider uitlopen tot deze volledig is gestopt
voordat u het werkstuk verwijdert.
• Zaag altijd in tegengestelde draairichting.
• Let op voor het reactiekoppel van het gereedschap,
vooral als de geleider vastloopt.
• Wanneer u uw werk hebt voltooid, schuift u het ge-
reedschap terug naar de uitgangspositie.
• Gebruik alleen goed geslepen geleidingsfrezen.
• Klem de geleidingsfrees vast door wrijvingssluiting.
• Voor diepe sneden moet u het werk in verschillende
stappen uitvoeren, in overeenstemming met het betref-
fende materiaal.
• Zorg dat u alleen geleidingsfrezen met de juiste
schachtdoorsnede hebt en die geschikt zijn voor de
werksnelheid van de geleider.
m Restrisico's
De machine is gebouwd in overeenstemming met de geavan-
ceerde en erkende voor de veiligheid relevante voorschrif-
ten. Er kunnen echter nog steeds individuele restrisico's opt-
reden tijdens het werken.
• Gevaar op letsel aan de vingers en handen door het
gereedschap vanwege een slechte geleiding van het
werkstuk.
• Letsel veroorzaakt door loskomende werkstukken
door een ongeschikte montageplaat of geleiding, of
onachtzaam werken.
• Gevaar voor de gezondheid door houtstof of houtsplin-
ters. Draag persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals
oogbescherming. Gebruik een ventilatiesysteem!
• Letsel door defecte gereedschappen. Inspecteer het
gereedschap regelmatig op een goede werking.
• Gevaar op letsel aan de vingers en handen tijdens het
vervangen van onderdelen. Draag geschikte werkhand-
schoenen.
• Gevaar op letsel bij het inschakelen van de machine
43