Er mag niet over de netaansluitleidingen gereden wor-
den, deze mogen niet bekneld raken of hieraan mag niet
getrokken worden. De netaansluitleidingen van dompel-
pomp en zuigaggregaat moeten regelmatig op evt. schade
gecontroleerd worden. Als een netaansluiting beschadigd
is, mag het apparaat niet meer gebruikt worden en de
leiding moet vervangen worden door een gelijkwaardige,
door de fabrikant aangegeven uitvoering.
De verlengkabels moeten beschermd zijn tegen spatwater
en mogen niet door natte of vochtige gebieden gelegd
worden. Bij het reinigen en onderhouden van de appa-
raten moet de hoofdschakelaar op "0" gezet en de stek-
kers uit het stopcontact getrokken worden. De appa-
raten mogen alleen bediend worden door personen die
geïnstrueerd, vooral over de gevaren ingelicht en uitdruk-
kelijk met het gebruik belast werden. Neem a.u.b. de op
de plaats van gebruik geldige veiligheids- en ongevallen-
preventievoorschriften in acht.
Bij gebruik van de reinigingskap, deze niet op personen
richten, niet in de buurt van de hogedrukstraal grijpen,
ook niet na het uitschakelen van de hogedrukreiniger. Er
bestaat gevaar voor verwondingen door onder druk staand
water. De vuilfrees in het binnenste van de reinigingskap
alleen reinigen resp. verwijderen, wanneer de hogedruks-
lang van de reinigingskap verwijderd is.
Belangrijk:
Gebruik alleen biologisch afbreekbare beitsmiddelen van
waterrisicoklasse I, wanneer u het afvalwater in een vuil-
waterkanaal wilt laten lopen. Anders moet u afhankelijk
van de plaatselijke voorschriften evt. het afvalwater in
tanks opvangen en opruimen.
3. Algemene tips
Voorkom het doorhangen van de zuigslang. De maxima-
le lengte van de zuigslang van de jumbozuiger naar het
object mag in liggende gebruikpositie niet langer zijn dan
20 m. Door waterkussens die in de slang ontstaan, zou
het zuigvermogen verminderd en het zuigaggregaat over-
belast worden.
Spoel het opvangreservoir en de dompelpomp na beëin-
digen van uw werk met schoon leidingwater, om eventu-
ele vuilafzettingen in het reservoir en in de pomp te ver-
wijderen.
Het in het opvangreservoir van jumbozuiger staande filter
houdt alle vaste stoffen met een grootte van meer dan
0,4 mm tegen. Dit weefselfilter (1) is in een steunkorf (2)
gehangen en wordt met een spanrubber (3) op zijn plaats
gehouden. Dit kan zodoende eenvoudig voor de reiniging
en het leegmaken weggenomen en snel weer gemonteerd
worden. Het filter moet na ieder gebruik zorgvuldig gerei-
nigd worden.
De STORCH jumbozuiger is uitgerust met een krachtige
dompelpomp. De op de bodem van het reservoir staan-
de dompelpomp wordt met de aan de buitenkant aange-
brachte kabel aangesloten op het geaard stopcontact in de
zuigkop van de jumbozuiger.
De bij de levering inbegrepen afvoerslang (10 m) verbindt
u met de buiten op het reservoir aangebracht koppeling en
legt u naar de geplande invoerplaats. Door de in de pomp
geïntegreerde vlotter schakelt de pomp zich automatisch
in en uit. Daardoor is een voortdurende wegpompen van
het opgezogen en gefilterde afvalwater gegarandeerd,
zonder dat het opvangreservoir volloopt.
De meegeleverde 10 m zuigslang van de jumbozuiger sluit
u met de speciale mof aan op het aan de zijkant aange-
bracht zuigaansluitstuk in de bruine dekseladapter. De
mof aan het andere uiteinde van de zuigslang verbindt u
met de zuigpijp van het wateraanzuig-mondstuk (hoort bij
de levering van de jumbozuiger) of met het zuigaansluit-
stuk van de STORCH reinigingskap (toebehoren).
Na beëindiging van het werk het opvangreservoir en het
filter helemaal leegmaken: water laten weg-pompen en
restwater laten weglopen door het reservoir om te keren,
filter onder stromend water uitwassen. Ter voorkoming
van stollingsvlekken en schimmel moet het reservoir met
geplaatste filter open weggezet worden. Bij in het reser-
voir staand restwater kan de pomp door een schuifschake-
laar manueel bediend worden. Hiervoor moeten dekselad-
apter en filtersteunkorf verwijderd worden. De schakelaar
vindt u boven op de zijkant van de zwarte vlotterafdek-
king. Om de dompelpomp in te schakelen de schakelaar
naar boven schuiven. Wordt de pompwerking van de dom-
pelpomp minder door het intrekken van lucht, dan moet
de schuifschakelaar naar beneden in zijn normale positie
geschoven worden. Daarna is de pomp gereed voor herni-
euwd vlotterbedrijf.
7
1 Weefselfilter
3 Spanrubber
2 Steunkorf
Vertaling van de originele handleiding