Legenda (Fig. 1.1)
1.
Vaste kop
2.
Stelplaat
3.
Materiaalsteun met excenterklemming
en klemhendel
4.
Opname van de losse kop
5.
Langsgeleider
6.
Losse kop
7.
Excenterklemhendel
(aan de achterkant van de losse kop)
8.
Draaibankbed
9.
Aan/uitschakelaar
10. Hendel en klemschroef
Veiligheidswenken
• Geeft u deze veiligheidswenken aan alle personen door,
die aan de machine werken.
• Alle veiligheidswenken en waarschuwingen op de machi
ne in acht nemen.
• Alle veiligheidswenken en waarschuwingen op de machi
ne compleet en in leesbare toestand houden.
• Aansluitleidingen voor het stroomnet controleren. Geen
defecte leidingen gebruiken.
• Let u erop, dat de machine standvast op een vaste onder
grond staat.
• Let u tijdens het werken op: Verwondingsgevaar van vin
gers, handen en ogen.
• Houdt u kinderen uit de buurt van de op het stroomnet
aange sloten machine.
• Tijdens het werken aan de machine moeten alle veilig
heids inrichtingen en afdekkingen gemonteerd zijn.
• De bedienende persoon moet minstens 18 jaar oud zijn.
Per sonen in opleiding moeten minstens 16 jaar oud zijn,
maar mogen alleen onder toezicht aan de machine wer-
ken.
• De aan de machine werkende personen mogen niet afge
leid worden.
• Er mogen geen spaanders of houtafval op de bedienings
plaats van de machine liggen.
• Nauwsluitende kleding dragen. Sieraden, ringen en
horlo ges afdoen.
• Ter bescherming van lang haar een muts of haarnetje
opzetten.
• Geen werkhandschoenen dragen.
• Tijdens het werken een veiligheidsbril dragen.
• Op de draairichting van de motor letten zie electrische
aansluiting.
• Veiligheidsinrichtingen aan de machine mogen niet ge-
demonteerd of onbruikbaar gemaakt worden.
• Ombouw, instel, meet en reinigingswerkzaamheden
alleen met uitgeschakelde motor uitvoeren. Stekker uit
het stopcontact trekken en wachten tot het roterende
gereedschap stilstaat.
• Voor het verhelpen van storingen de machine uitscha
kelen. Stekker eruit trekken.
• Aansluitingen en reparaties van de electrische uitrusting
mogen alleen door de electrovakman worden doorge-
voerd.
• Alle beschermings en veiligheidsinrichtingen moeten
na afloop van de reparatie- en onderhoudswerkzaamhe-
den meteen weer gemonteerd worden.
• Het support zo dicht mogelijk bij het werkstuk zetten.
• Bij werkstukken van hout mag de omtreksnelheid max.
30 m/s bedragen. Tekening van de spil in acht nemen!
• Werkstukken voor het vastzetten tussen de centreerpen-
24 nederlandse
nen aan beide zijden van een centreerboorgat voorzien.
• Grote werkstukken en werkstukken die niet in balans
zijn, mogen alleen met een laag toerental bewerkt wor-
den en moeten eventueel van te voren met de lintzaag
bijgezaagd worden.
• Voor het inschakelen van de machine moet gecontro-
leerd worden of het werkstuk goed vastgezet is.
• Spansleutel of spanhuls vóór het inschakelen van de ma
chi ne eraf halen.
• Draaiersgereedschap altijd met beide handen geleiden.
• Werkstukken met scheuren mogen niet gebruikt wor-
den.
• Op de juiste instelling van het toerental van de machine
letten.
• Als u de werkplaats verlaat, de motor uitschakelen. De
stek ker uit het stopcontact trekken.
• Riemafdekking altijd sluiten.
• Werkzaamheden met boorkoppen met 3 of 4 klauwpla-
ten mogen alleen met gemonteerde klauwplaatbescher-
ming uitgevoerd worden.
• Een uitlopend werkstuk nooit met de hand afremmen.
Metingen nooit aan het draaiende werkstuk verrichten.
• Alleen met goed geslepen gereedschap werken.
• Ook bij kleine verplaatsingen de machine van elke
stroomtoevoer van buitenaf scheiden! Voor het weer in
ge bruik nemen de machine volgens de voorschriften op
het lichtnet aansluiten!
Gebruik volgens de voorschriften
CE geteste machines voldoen aan de geldende EG richtlijnen
voor machines, en aan alle richtlijnen voor de desbetreffende
machine.
• De machine/installatie uitsluitend in technisch correcte
toestand alsmede volgens de bestemming, bewust van
de veiligheidsaspecten en gevaren gebruiken met in-
achtneming van de gebruiksaanwijzing! Vooral sto rin-
gen, die de veiligheid nadelig kunnen beïnvloeden, dient
men onverwijld te (laten) verhelpen!
• De „scheppachdraaibank" is uitsluitend voor het be
wer ken van hout geconstrueerd.
• Elk ander gebruik geldt als niet voorgeschreven gebruik.
Voor de daaruit resulterende schaden stelt de fabrikant
zich niet aansprakelijk. Het risico hiervan draagt de
gebrui ker zelf.
• De veiligheids, arbeids en onderhoudswenken van de
fabrikanten en de in de technische gegevens opgegeven
afmetingen moeten nageleefd worden.
• De betreffende voorschriften ter voorkoming van onge
lukken en de overige algemeen erkende veilig heids tech-
nische regels moeten in acht genomen worden.
• De scheppachmachine mag alleen door personen ge
bruikt, onderhouden of gerepareerd worden, die er ver-
trouwd mee zijn en die over de gevaren ervan zijn geïn-
formeerd. Eigenhandige veranderingen aan de machine
sluiten de aansprakelijkheid van de fabrikant voor de
daaruit resulterende schaden uit.
• De scheppachmachine mag alleen met origineel toe
be hoor, origineel gereedschap van de fabrikant gebruikt
wor den.
Overige risico's
De machine is volgens de nieuwste stand van de techniek en
de erkende veiligheidstechnische regels gebouwd. Toch kun-
nen er tijdens het werken nog een enkele risico's optreden.
• Verwerk alleen uitgezocht hout zonder fouten zoals: