5 IN BED R IJ FSTEL L I N G ( Installateur)
ING E BRUIK N AM E
De goede werking van het elektrisch beschermingssysteem moet voor het gebruik gecontroleerd worden.
De installatie moet uitgevoerd en/of gecontroleerd worden door een bevoegde verdeler die verantwoordelijk
zal zijn voor de eerste start en voor de instructies met betrekking tot de werking van de vaatwasmachine.
VOORBER EI DI NG VOOR HET G EBRUIK
Belangrijk:
De doseereenheid voor het spoelmiddel (3) is altijd aanwezig
bij alle modellen, terwijl de doseereenheid (1) voor het
detergent enkel bij sommige modellen aanwezig is.
Al s beide doseereenheden aanwezig zijn, positioneer
de externe containers voor het detergent en het spoelmiddel
en sluit hun respectievelijke zuigbuizen aan de achterkant van
de machine aan.
Rode buis: detergent
Transparante buis: spoelmiddel
Alvorens de buizen in de containers te steken, de nodige
gewichten aanbrengen (die nodig zijn om de buizen op de
grond van de container te houden) en de filters zoals
aangeduid op de tekening (2).
Gebruik voor bijstellingen de regelschroeven die op de
tekening weergegeven worden. Het is raadzaam dat de
bijstellingen gebeuren door bevoegd personeel van het
bedrijf dat het detergentproduct geleverd heeft.
Als de doseereenheid voor het detergent niet
voorgeïnstalleerd is, kan op een later tijdstip de relatieve kit
besteld worden.
Alternatief kan een externe doseereenheid aangesloten
worden door middel van een elektrische aansluiting met een
kabel van 2x0.5 mm van het type H05 RN-F. Deze kabel moet
door de passage gestoken worden die vermeld staat op het
schema met de TECHNISCHE KENMERKEN en moet
aangesloten worden in overeenstemming met het elektrisch
schema dat bij de vaatwasmachine geleverd wordt.
De doseereenheid moet 230V/50Hz zijn met een maximum
opgenomen vermogen van 1 1 5W.
Sluit de externe doseereenheid voor het detergent aan op de
vaatwasmachine door middel van de hierboven vermelde
rode buis.