Opslag
VOORZICHTIG
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het ap-
paraat.
Apparaat opbergen
1. Het apparaat op een vlakke ondergrond neerzetten.
2. De straalbuis loskoppelen van het hogedrukpistool.
3. De ontkoppeltoets op het hogedrukpistool indrukken
en de hogedrukslang van het hogedrukpistool los-
koppelen.
LET OP
Beschadiging van de hogedrukslang
Beschadiging van de hogedrukslang door verkeerde
draairichting
Neem bij het opwikkelen de draairichting van de slang-
trommel in acht.
4. Bij apparaten met slangtrommel: Met de handkruk
de slangtrommel tegen de wijzers van de klok in
draaien en de hogedrukslang opwikkelen.
5. Bij apparaten zonder slangtrommel: De hoge-
drukslang op het apparaat opbergen.
6. De stroomleiding en het toebehoren aan het appa-
raat opbergen.
Vóór langere opslag de aanvullende instructies in acht
nemen, zie hoofdstuk Onderhoud.
Vorstbescherming
LET OP
Vorstgevaar
Apparaten die niet volledig leeg zijn, kunnen bescha-
digd raken door vorst.
Maak het apparaat en het toebehoren volledig leeg.
Bescherm het apparaat tegen vorst.
Aan de volgende voorwaarden moet zijn voldaan:
Het apparaat is losgekoppeld van de watertoevoer.
Het hogedrukpistool is losgekoppeld van de hoge-
drukslang.
1. Het apparaat inschakelen "I/ON".
2. Maximaal 1 minuut wachten tot er geen water meer
uit de hogedrukslang komt.
3. Het apparaat uitschakelen.
4. Het apparaat met het complete toebehoren in een
vorstveilige ruimte opbergen.
Onderhoud
GEVAAR
Gevaar voor elektrische schokken
Letsel door aanraken van stroomvoerende onderdelen
Schakel het apparaat uit.
Trek de netstekker eruit.
Het apparaat is onderhoudsvrij, d.w.z. dat u geen regel-
matige onderhoudswerkzaamheden hoeft uit te voeren.
Zeef in de wateraansluiting reinigen
LET OP
Beschadigde zeef in de wateraansluiting
Beschadiging van het apparaat door verontreinigd wa-
ter
Voordat u de zeef in de wateraansluiting plaatst, moet
deze worden gecontroleerd op beschadigingen.
Indien nodig, de zeef in de wateraansluiting reinigen.
1. De koppeling van de wateraansluiting verwijderen.
2. De zeef met een platte tang eruit trekken.
3. De zeef onder stromend water reinigen.
Afbeelding R
4. De zeef in de wateraansluiting plaatsen.
Hulp bij storingen
Storingen hebben vaak oorzaken die eenvoudig met be-
hulp van het volgende overzicht kunnen worden verhol-
pen. Neem bij twijfel of storingen die hier niet worden
vermeld contact op met de erkende klantenservice.
GEVAAR
Gevaar voor elektrische schokken
Letsel door aanraken van stroomvoerende onderdelen
Schakel het apparaat uit.
Trek de netstekker eruit.
Apparaat draait niet
1. De hendel van het hogedrukpistool indrukken.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
2. Controleren of de aangegeven spanning op het ty-
peplaatje overeenkomt met de spanning van de
stroombron.
3. De stroomleiding op beschadiging controleren.
4. Als de motor is overbelast en de schakelaar voor
motorbescherming is geactiveerd:
a Het apparaat uitschakelen "0/OFF".
b Het apparaat 1 uur laten afkoelen.
c Het apparaat inschakelen "I/ON" en weer in be-
drijf stellen.
Als de storing meermaals optreedt, het apparaat
door de klantenservice laten controleren.
Apparaat start niet op, motor bromt
Spanningsdaling wegens zwak stroomnet of door ge-
bruik van een verlengsnoer
1. Bij het inschakelen eerst de hendel van het hoge-
drukpistool indrukken, dan het apparaat inschake-
len "I/ON".
Het apparaat bereikt niet de vereiste druk
De watertoevoer is te klein
1. De waterkraan volledig opendraaien.
2. Controleren of het volume van de watertoevoer vol-
doende is.
De zeef in de wateraansluiting is verontreinigd.
1. De zeef in de wateraansluiting met een platte tang
eruit trekken.
2. De zeef onder stromend water reinigen.
Er zit lucht in het apparaat.
1. Ontlucht het apparaat:
a Het apparaat zonder aangesloten straalbuis
maximaal 2 minuten inschakelen.
b Het hogedrukpistool indrukken en wachten tot
het water zonder bellen uit het hogedrukpistool
komt.
c De straalbuis aansluiten.
d Bij zuigwerking de max. aanzuighoogte in acht
nemen (zie hoofdstuk Technische gegevens).
Sterke drukschommelingen
1. De hogedruksproeier reinigen:
a Verontreinigingen uit het sproeiergat met een
naald verwijderen.
b De hogedruksproeier van voren met water spoe-
len.
2. De watertoevoerhoeveelheid controleren.
Apparaat ondicht
1. Geringe lekkage van het apparaat ligt aan de con-
structie en is normaal. Neem contact op met de ver-
antwoordelijke klantenservice wanneer het
apparaat sterke lekkage vertoont.
Reinigingsmiddel wordt niet aangezogen
1. Gebruik de straalbuis Vario Power en stel deze in op
'MIX'.
2. Controleren of het Plug 'n' Clean-flesje voor reini-
gingsmiddel met de opening naar beneden in de
aansluiting voor het reinigingsmiddel zit.
Nederlands
33