NL
3. Reinigen
Reinig de koelkast zorgvuldig voor de eerste
ingebruikname en daarna indien nodig. Maak de
koelkast schoon met handwarm water en een zacht
niet bijtend reinigingsmiddel. Neem daarna af met een
droge zachte doek. Droog de koelkast nooit met
behulp van droge warme lucht. De buitenkant kan
regelmatig worden afgenomen met een vochtige
doek. REINIG HET APPARAAT NOOIT MET
BIJTENDE CHEMICALIEN OF SCHUURMIDDELEN.
4. Plaatsing van de koelkast
Voordat u de koelkast aansluit, dient u met de
volgende punten rekening te houden:
ZORG DAT DE KOELKAST WATERPAS STAAT
BIJ GEBRUIK WORDEN DE LEIDINGEN AAN DE
ACHTERKANT WARM
DE KOELKAST WERKT ZONDER COMPRESSOR
EN MAAKT DAAROM GEEN GELUID
NA DRIE UUR TREEDT WAARNEEMBARE
KOELING OP
Tijdens het koelproces geeft de koelkast via de
condensor
(bovenste
achterplaat) warmte af aan de omgeving. Hoe beter de
ventilatie van de condensor, hoe efficiënter de
koeling.
Een andere voorwaarde voor een efficiënt gebruik
is dat de koelkast op een vlakke ondergrond moet
staan. Om te kunnen zien of de koelkast waterpas
staat, kunt u het beste een glas water op de
koelkast plaatsen.
Stel
de
koelkast
warmtestraling (zonlicht, radiator, dicht bij een
oven, enz.)
4.1. Installatie
De koelkast is uitgerust met een elektrisch verwarmde
absorptiekoeling, die vrijwel geruisloos werkt.
4.1.1. Inbouwmodel
Deze modellen zijn ontworpen als inbouwapparaten.
De miniBar wordt in tegenstelling tot vrijstaande
modellen zonder vloerframe, koelunit-afdekking,
deurpaneel en paneel voor bedieningsunit geleverd
(afbeelding 2.)
De ingebouwde versie verschilt in zoverre van het
vrijstaande model, dat deze geen houten klep heeft en
in plaats van rolwieletjes op pootjes van 12 mm hoog
staat.
Let bij het monteren alstublieft op de volgende
punten:
40
gedeelte
van
niet
bloot
aan
directe
BELANGRIJK
Neem de volgende voorschriften zorgvuldig in
acht. Garantie geldt alleen voor apparaten die
de
volgens deze voorschriften zijn geďnstalleerd.
1. De koelkast moet waterpas staan.
2. Minimale afstand tot de muren bedraagt
20 mm.
3. Ventilatie moet comform de opties A, B, C of
D worden gegarandeerd (afb. 3-4)
4. Het ventilatiekanaal moet minstens 105 mm
x breedte koelkast zijn.
5. De
gehele
geventileerd.
6. De circulerende lucht mag niet door een ander
apparat in de omgeving worden opgewarmd.
7. Ventilatieroosters voor dit apparaat moeten
een minimale opening van 200 cm² vrije
luchtdoorlaat hebben.
A
miniCool
miniBar
Afbeelding 2.
koelunit
moet
Lucht in
Afbeelding 3.
worden
B
miniBar
miniCool
Lucht in