Hoe Het Werkt - Carrier 42QFA009DS Manuel D'installation

2. BEDIENING

2.3 HOE HET WERKT

Basismodi voor bediening: AUTO / COOL / DRY / HEAT / FAN
AUTO-modus
In deze stand wijzigt het systeem automatisch de modus en snelheid van de ventilator om de ingestelde temperatuur te bereiken.
[In het voorjaar en najaar zal een nauwkeuriger temperatuurregeling mogelijk wijzigingen van de COOL/HEAT-modus vereisen.]
DRY-modus
In deze modus wordt prioriteit gegeven aan het ontvochtigen van de lucht. Om dit te realiseren en om de temperatuur in de ruimte
te regelen, wordt een lage ventilatorsnelheid en langzame compressor-cyclus gebruikt.
Automatisch ontdooien
Op de buiten-unit vindt in de verwarmingsmodus ijsvorming plaats. Om dit ijs te ontdooien, stopt de binnenventilator enkele minuten
waarna het verwarmen wordt voortgezet.
Vertraging van de compressor
Bij het opstarten wordt de compressor beschermd door een vertraging van 3 tot 4 minuten.
Voorkomen van koude luchtstroom
Om een onaangename koude luchtstroom te voorkomen in de verwarmingsmodus, wordt de binnen-unit voorverwarmd voordat
de ventilator start. Deze vertraging mag slechts enkele minuten duren.
Automatische herstart*
Na een stroomstoring zal de unit automatisch weer starten. Alle eerdere gebruikersinstellingen worden hersteld.
Automatische detectie van lekkage*
Wanneer lekkage van koelmiddel wordt gedetecteerd, geeft de unit de code "EC" weer of gaan de LED-lampjes knipperen.
Geheugen lamellen*
De hoek van de lamellen wordt opgeslagen in het geheugen. De lamellen keren altijd terug naar de laatst door de gebruiker
geselecteerde positie.
Richting van luchtstroom aanpassen
Druk op "AIR DIRECTION" op de afstandsbediening om de richting
van de luchtstroom aan te passen. Elke keer dat er op de toets wordt gedrukt,
verandert de positie van de lamellen een klein beetje. Verstel de lamellen
naar boven in de koelmodus en naar beneden in de verwarmingsmodus
voor het hoogste comfort.
Omhoog (koelen)
Selectieschakelaar luchtstroom
Het is mogelijk om te kiezen of de lucht uit zowel de bovenste en onderste
luchtuitlaat komt of alleen uit de bovenste luchtuitlaat.
Open het voorpaneel om bij de luchtstroomselectieschakelaar te komen.
Luchtstroom
VOORZICHTIG
Probeer niet om de horizontale lamellen met de hand te verstellen.
Wees bij het verstellen van verticale lamellen bedacht op het bewegende deel. Het per ongeluk aanraken van de ventilator
kan ernstig letsel veroorzaken.
Voordat u het voorpaneel opent, moet u de unit van de stroombron loskoppelen.
NL-5
Omlaag (verwarmen)
Selectieschakelaar
[*] Afhankelijk van het model
Druk op "SWING" om de lamellen voortdurend horizontaal te laten
bewegen.
Beweeg voor verticale lamellen de hendels aan de linker-
of rechterkant om de lucht in de gewenste richting te leiden.
Horizontale beweging van de lamellen
OPMERKING
Zie de handleiding van de AFSTANDSBEDIENING voor details.
In de COOLING- of DRY-modus, kan bij een hoge luchtvochtigheid
condens worden gevormd dat van de unit druppelt wanneer
de lamellen helemaal naar beneden staan.
Gebruik de unit niet als de lamellen gesloten zijn of minimaal
openstaan. Een beperkte luchtstroom vermindert de prestaties
en kan condens veroorzaken.
Hendels
Verticale lamellen verstellen