AS-6030
| NEDERLANDS
tussen zendermodule en afvoerpijp dient ten minste
50 cm te zijn, opdat de zendermodule niet door de
hitte beschadigd kan raken. Monteer de zendermodule
niet achter een metalen plaat/paneel, hierdoor kan de
reikwijdte beperkt worden.
Installatie van de ontvanger
De installatie moet door een elektricien worden gedaan.
Let op! Gebruik het apparaat uitsluitend binnen een gebouw.
Aansluiting voorbeeld 1:
De ontvanger kan als opbouw of als inbouw in een
verdeeldoos, inbouwdoos voor een schakelaar of inbouwdoos
voor een stopcontact met een diameter van minstens 60 mm
geïnstalleerd worden. De montagestrips kunnen indien nodig
afgebroken worden.
Aansluiting voorbeeld 2:
Bij afzuigsystemen met een instelbare ventilatorsnelheid
wordt de ontvanger tussen de kabel van de ventilatormotor
geschakeld, opdat de verlichting onafhankelijk van de
schakeltoestand van de ontvanger functioneert. Als de be-
huizing van de afzuigkap het signaal van de zender te veel
afschermt en de reikwijdte als gevolg daarvan onvoldoende
is, dan moet de kabel van de ventilatormotor buiten de
behuizing van de afzuigkap worden gevoerd.
Opmerking: Monteer de ontvanger niet achter een
metalen plaat/paneel, omdat hierdoor de reikwijdte beperkt
kan worden.
AS-6030_I-Manual_150x180_Fin1.indd 38
INGEBRUIKNAME
Codering
Wanneer u de afzuigsysteem-besturing voor de eerste keer
gaat gebruiken moet de codering ‚geprogrammeerd' worden;
ga daartoe als volgt te werk:
Opmerking: Eerst dient u het (de) raamcontact(en) en
daarna de temperatuurgevoelige sensor te ‚programmeren'.
Raamcontact
1) Sluit de ontvanger (1) aan op de stroomvoorziening.
2) Houd de test-toets (5) op de ontvanger ingedrukt, tot
de led (3) permanent oranje brandt. Laat de test-toets
daarna los.
3) Plaats de batterij (type CR123A) in het raamcontact
(let op de juiste polariteit) en houd de magneet bij het
raamcontact. De led (6.1) op het raamcontact en de led
(3, rood) op de ontvanger gaan nu even knipperen.
4) Voltooi het programmeren door één keer kort op de
test-toets van de ontvanger te drukken.
Zodra de magneet meer dan 7 mm van het raamcontact
verwijderd is, dient de ontvanger de aangesloten
verbruiker van spanning te voorzien. Zodra de magneet
daarna weer in de buurt van het raamcontact gebracht
wordt, dient de spanningstoevoer naar de verbruiker
weer onderbroken te worden. Indien dit niet het geval is,
herhaal de procedure dan.
Opmerking: Er kunnen maximaal drie raamcontacten voor
een ontvanger ‚geprogrammeerd' worden. De raamcontacten
zijn dan ‚als EN geschakeld' - d.w.z. elke zender moet de
status ‚raam geopend' hebben, voordat de ontvanger de
verbruiker van spanning voorziet. Dit is bijvoorbeeld handig
38
27.08.13 16:42