10
Onderhoud en reiniging
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat
ze schoon zijn en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of bescha-
dig ze niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproduc-
ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het opper-
vlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat
schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat ver-
beteren en het elektriciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in
dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de
buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje af-
wasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Het ontdooien van de vriezer
Het vriesvak van dit model is een "no-frost"-type. Dit betekent dat zich in het vriesvak geen
ijs vormt als deze in bedrijf is, noch tegen de wanden noch op de levensmiddelen.
Het voorkomen van ijsvorming wordt gerealiseerd door een continue circulatie van koude
lucht in het vak, die aangedreven wordt door een automatisch geregelde ventilator.
No-Frost-technologie
Om het verwijderen van de ijslaag mogelijk te maken, wordt de verdamper tijdens de ont-
dooiprocedure geholpen door elektrische verwarming. De ventilator staat uit. Het dooiwater
druppelt in de lade die in de compressor wordt geplaatst en verdampt dan. Tijdens de ont-
dooiprocedure (die ongeveer 30 minuten duurt) wordt de verdamper warm, maar dit heeft
geen invloed op de temperatuur in de vriezer zelf.
De levensmiddelen moeten goed verpakt zijn om vochtverlies ten gevolge van de luchtcir-
culatie te voorkomen.
Dek de ventilatieopeningen niet af.
Het wordt aanbevolen om alle levensmiddelen in de manden van het vriesvak te plaatsen.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voor-
zorgsmaatregelen:
1. trek de stekker uit het stopcontact
2. Haal al het voedsel eruit
3. Maak het apparaat en alle toebehoren schoon