ALGEMENE VOORSCHRIFTEN
Deze ketel dient om water tot een lagere temperatuur dan de kooktemperatuur op atmosferische druk te verwarmen. De ketel
moet in overeenstemming met de prestaties en het vermogen ervan op een verwarmingsinstallatie en een leidingsstelsel voor de
verspreiding van warm tapwater aangesloten worden. Alvorens de ketel door vakmensen te laten aansluiten moet u het volgende
laten uitvoeren:
• Een controle of de ketel ingesteld is om op de beschikbare gassoort te functioneren. Dit blijkt uit de opschriften op de verpakking
en het typeplaatje dat op het toestel aangebracht is.
• Een controle of de schoorsteen voldoende trek heeft, geen vernauwingen vertoont en of er in de schoorsteenpijp geen afvoeren
van andere toestellen geplaatst zijn, tenzij de schoorsteenpijp gemaakt is om dienst te doen voor meerdere toestellen volgens
de specifieke normen en geldende voorschriften.
• Een controle of in geval van aansluitingen op reeds bestaande schoorsteenpijpen, deze volledig schoon zijn omdat door
aanslag die tijdens de werking van de wanden loslaat de rookdoorvoer afgesloten kan worden.
• Bovendien is het om de goede werking van het toestel en de garantie op het toestel te behouden van essentieel belang om de
hieronder vermelde voorzorgsmaatregelen op te volgen.
1. Tapwaterkring
1.1 Als de hardheid van het water meer bedraagt dan 20 °F (1 °F = 10 mg calciumcarbonaat op een liter water) wordt voorgeschreven
om een polyfosfaatdoseerapparaat of een systeem met hetzelfde effect dat aan de geldende voorschriften voldoet te installeren.
1.2 Na het installeren van het toestel en voordat het toestel voor de eerste keer in gebruik genomen wordt moet de installatie
zorgvuldig schoongespoeld worden.
1.3 De materialen die voor de tapwaterkring gebruikt zijn, zijn in overeenstemming met de EG-Richtlijn 98/83.
2. Verwarmingskring
2.1 Nieuwe installatie: Voordat de ketel geïnstalleerd wordt moet de kring naar behoren schoongespoeld worden om de resten
van het aanbrengen van schroefdraad, lassen en eventuele oplosmiddelen te verwijderen waarbij geschikte producten die in de
handel verkrijgbaar zijn gebruikt moeten worden die niet zuur en niet alkalisch zijn en die de metalen, plastic en rubber delen
niet aantasten. Om de installatie tegen aanslag te beschermen moeten er aanslagwerende middelen gebruikt worden zoals
SENTINEL X100 en FERNOX protector voor verwarmingsinstallaties. Bij het gebruik van deze producten moeten de aanwijzingen
die bij deze producten verstrekt worden zorgvuldig opgevolgd worden.
2.2 Bestaande installatie: Alvorens met het installeren van de ketel te beginnen moet de installatie volledig geleegd en goed
schoongespoeld worden om drab en verontreinigingen te verwijderen waarbij geschikte producten gebruikt moeten worden die
in de handel verkrijgbaar zijn. De aanbevolen producten voor het schoonspoelen zijn: SENTINEL X300 of X400 en FERNOX
regenerator voor verwarmingsinstallaties. Bij het gebruik van deze producten moeten de aanwijzingen die bij deze producten
verstrekt worden zorgvuldig opgevolgd worden. Wij herinneren eraan dat de aanwezigheid van aanslag in de verwarmingsinstallatie
werkingsproblemen aan de ketel tot gevolg heeft (bijv. oververhitting en lawaai van de warmtewisselaar)
De eerste inbedrijfstelling van de ketel moet uitgevoerd worden door het Erkend vakman dat het volgende moet controleren:
• Of de typeplaatgegevens overeenstemmen met de gegevens van het voedingsnet (stroom, water, gas).
• Of de installatie in overeenstemming is met de geldende voorschriften (NBN D 51 003 en NBN B 61 002).
• Of de elektrische aansluiting op het net deugdelijk uitgevoerd is en of de aansluiting geaard is.
Door het niet in acht nemen van deze voorschriften wordt de garantie op het toestel ongeldig. De adressen van de Erkende
Technische Servicecenters zijn vermeld op bijgevoegd blad. Alvorens de ketel in werking te stellen moet de beschermfolie
van de ketel verwijderd worden. Om dit te doen mag geen scherp gereedschap of schurend materiaal gebruikt worden omdat
de gelakte delen hierdoor beschadigd kunnen worden.
Delen van het verpakkingsmateriaal (plastic zakjes, piepschuim enz.) mogen niet binnen het bereik van kinderen gelaten worden
omdat dit een potentiële bron van gevaar kan zijn.
ENERGIEBESPARINGSTIPS
Regeling van de verwarming
Regel de aanvoertemperatuur van de ketel op basis van het type installatie. Bij installaties met verwarmingsradiatoren wordt
geadviseerd om een maximum aanvoertemperatuur van het verwarmingswater van ongeveer 60°C in te stellen en deze waarde
te verhogen indien het gewenste ruimtecomfort niet bereikt wordt. Bij installaties met vloerverwarmingspanelen mag de door de
ontwerper van de installatie voorziene temperatuur niet overschreden worden. Het is raadzaam om de uitwendige opnemer en/of
het bedieningspaneel te gebruiken om de aanvoertemperatuur automatisch aan te passen op basis van de weersomstandigheden
of de binnentemperatuur. Op die manier wordt niet meer warmte geproduceerd dan echt nodig is. Regel de ruimtetemperatuur
maar zorg ervoor dat het in de ruimten niet te heet is. Elke te hoge graad brengt meer energieverbruik met zich mee, gelijk aan
ongeveer 6%. Pas de ruimtetemperatuur ook aan op basis van het soort gebruik dat van de ruimten gemaakt wordt. Bijvoorbeeld
een slaapkamer of kamers die minder vaak gebruikt worden kunnen op een lagere temperatuur verwarmd worden. Gebruik het
klokprogramma en stel de ruimtetemperatuur 's nachts ongeveer 5°C lager in dan overdag. Een lagere waarde levert voor wat
betreft energiebesparing geen voordelen op. Alleen in geval van langdurige afwezigheid, zoals bijvoorbeeld vakantie, kan de
temperatuur lager ingesteld worden. Dek de radiatoren niet af om de juiste luchtcirculatie niet te belemmeren. Laat de ramen niet
op een kier staan om de ruimten te luchten maar zet ze korte tijd helemaal open.
Warm tapwater
Er wordt een goede besparing verkregen door de gewenste temperatuur van het tapwater in te stellen en het water niet met koud
water te mengen. Elke verdere verwarming veroorzaakt energieverspilling en leidt tot de vorming van meer kalkaanslag.
7700014.01 (1-01/18)
24