DEZE HANDLEIDING DIENT GOED TE WORDEN BEWAARD VOOR
LATERE RAADPLEGING
VEILIGHEIDS- EN GEBRUIKSADVIES
LEES DE VOLGENDE INSTRUCTIES AANDACHTIG DOOR
ALVORENS DE TERRASVERWARMER TE GEBRUIKEN
VEILIGHEIDSADVIES
In geval van gaslucht:
1.
De gastoevoer naar het apparaat afsluiten.
2.
Het open vuur doven.
3.
Indien de gaslucht aanhoudt, neem dan onmiddellijk contact op met
de gasleverancier of schakel de brandweer in.
VEILIGHEIDSADVIES
1.
Bewaar of gebruik geen benzine of andere brandbare gassen of
vloeistoffen in de buurt van dit of elk ander apparaat.
2.
Een niet aangesloten gasfles mag niet worden bewaard in de buurt
van dit of elk ander apparaat.
WAARSCHUWING
1.
Uitsluitend in de openlucht of in goed geventileerde ruimtes
gebruiken.
2.
Bij een goed geventileerde ruimte moet minimaal 25 % van het
omringende vlak open zijn.
3.
Het omringende vlak is het totaal van alle muurvlakken.
WAARSCHUWING: Een incorrecte montage, instelling, aanpassing,
service of onderhoud van het apparaat kan leiden tot letsel of schade aan
eigendommen. Lees de instructies betreffende montage, gebruik en
onderhoud aandachtig door voordat u het apparaat in bedrijf stelt.
WAARSCHUWING
Lees de onderhavige instructies aandachtig vóór montage en gebruik
Dit apparaat moet worden gemonteerd en de gasflessen dienen te
•
worden bewaard overeenkomstig de geldende voorschriften;
De ventilatieopeningen van de gasflesbehuizing niet afdekken;
•
Het apparaat nooit verplaatsen als het in bedrijf is;
•
Vóór elke verandering van locatie altijd het ventiel van de gasfles of
•
drukregelaar dicht draaien;
De leidingen / flexibele gasslang dienen te worden vervangen in
•
overeenstemming met de aanbevolen frequentie;
Uitsluitend de door de producent genoemde gassoorten en
•
gasflessen gebruiken;
Bij sterke wind moet bijzonder worden opgelet dat het apparaat niet
•
omkiept.
BELANGRIJK
LEES VÓÓR GEBRUIK DE ONDERSTAANDE
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN AANDACHTIG DOOR.
Terrasverwarmers mogen niet in gesloten ruimtes worden gebruikt,
•
omdat dit kan leiden tot lichamelijk letsel of schade aan
eigendommen.
Monteer deze terrasverwarmer nooit op recreatieve voertuigen en/of
•
boten. De montage en reparatie dienen te worden uitgevoerd door
een erkende servicemonteur.
Een incorrecte montage, instelling, aanpassing van het apparaat
•
kan leiden tot lichamelijk letsel of schade aan eigendommen.
Probeer het apparaat op geen enkele manier te veranderen.
Gebruik alleen de door de producent gespecificeerde drukregelaar.
•
Gebruik geen benzine of andere brandbare gassen of vloeistoffen in
•
dit apparaat.
Vóór gebruik en minstens eenmaal per jaar dient een
•
gekwalificeerde servicemonteur een controle uit te voeren van de
gehele gasinstallatie, gasleidingen, drukregelaar, waakvlam en
brander, en checken of er geen lekkages of beschadigingen zijn
ontstaan.
Alle tests op lekkages dienen te worden uitgevoerd met behulp van
•
een zeepoplossing. Controleer op lekkages nooit met behulp van
open vuur. Gebruik de verwarmer niet totdat alle verbindingspunten
op dichtheid zijn gecontroleerd. Draai meteen de gastoevoer dicht
bij gaslucht. Draai het ventiel van de gasfles dicht. Bij lekkage van
het verbindingspunt van de gasslang/drukslang: zorg dat het
verbindingspunt goed dicht is gedraaid en controleer opnieuw op
dichtheid. Indien er nog steeds zeepbellen ontstaan, dient de slang
te worden geretourneerd bij het verkooppunt. Indien de lekkage
plaatsvindt bij het verbindingspunt van het ventiel van de
drukregelaar/gasfles, dienen deze te worden losgekoppeld en
vervolgens opnieuw aangesloten. Controleer nogmaals op
dichtheid. Indien na een aantal pogingen er nog steeds zeepbellen
ontstaan, betekent dit dat het ventiel van de gasfles is beschadigd
en dient het te worden geretourneerd bij het verkooppunt van de
gasfles.
Verplaats het apparaat nooit als het in bedrijf is.
•
NL
Laat het apparaat na uitschakeling eerst afkoelen vóór het te
•
verplaatsen.
De ventilatiegaten van de gasflesbehuizing mogen niet worden
•
bedekt of geblokkeerd.
Verf nooit het straalscherm, het bedieningspaneel of de reflector.
•
Het bedieningsgedeelte, de brander en de ventilatiegaten van het
•
apparaat moeten schoon gehouden worden. Hoe vaak de
verwarmer moet worden gereinigd is afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden.
Flessen met vloeibaar gas dienen te worden dichtgedraaid wanneer
•
de verwarmer niet wordt gebruikt.
Indien er zich één van de onderstaande situaties voordoet, dient
•
onmiddellijk een algemene controle van de verwarmer te worden
uitgevoerd:
- De terrasverwarmer bereikt niet de gewenste temperatuur.
- De brander maakt knetterende geluiden tijdens gebruik (een licht
knetterend geluid na ontsteking van de brander is normaal).
- Gaslucht met een zeer intense kleur van de vlamtips.
De drukregelaar en gasslang dienen te worden geplaatst op
•
voldoende afstand van doorgangen, zodat niemand er over kan
struikelen of op een plek waar deze niet beschadigd kunnen raken.
Alle afschermingen en beveiligingen die tijdens onderhoud van de
•
verwarmer zijn verwijderd, dienen weer te worden gemonteerd
alvorens de verwarmer weer op te starten.
Laat kinderen en volwassenen vanwege de hoge
•
oppervlaktetemperaturen afstand houden om brandwonden en in
brand vliegende kleding te voorkomen. Houd kinderen in de buurt
van de verwarmer goed in de gaten.
Hang of plaats geen kleding of ontvlambare materialen aan, op of
•
bij het apparaat.
Vervang de gasfles op een goed geventileerde plek, uit de buurt
•
van ontstekingsbronnen (kaarsen, sigaretten en andere apparaten
met een vlam).
Controleer of het ventiel van de drukregelaar juist is gemonteerd en
•
of het goed werkt.
Bedek niet de ventilatiegaten van de gasflesbehuizing.
•
Sluit na gebruik de gastoevoer af via de kraan van de gasfles of de
•
drukregelaar.
In geval van lekkage mag het apparaat niet gebruikt worden. Indien
•
het aan staat, moet de gastoevoer afgesloten worden om het
apparaat te onderzoeken en indien nodig repareren vóór verder
gebruik.
Controleer de leidingen en de flexibele slang minstens 1x per
•
maand en telkens na vervanging van de gasfles.
Indien de leidingen of slang gebarsten of beschadigd zijn, dienen
•
deze te worden vervangen. De vervangende leiding/slang dient
dezelfde lengte te hebben als het origineel en moet voldoen aan de
kwaliteitsvereisten.
PLAATSING EN LOCATIE VAN DE TERRASVERWARMER
De verwarmer mag uitsluitend buten worden gebruikt. Zorg altijd
•
voor voldoende toevoer van frisse lucht.
Houd altijd voldoende afstand van brandbare materialen: 100 cm
•
aan de bovenkant en minimum 100 cm aan de zijkanten.
Plaats het apparaat altijd op een stevige, vlakke ondergrond.
•
De verwarmer mag niet worden gebruikt in ruimtes waar benzine of
•
andere brandbare gassen of vloeistoffen worden bewaard.
Om te zorgen dat de verwarmer bij sterke wind niet omvalt, moet
•
het voetstuk stevig aan de ondergrond worden vastgeschroefd.
Bevestiging van voetstuk aan ondergrond