Molift EvoSling / www.etac.com
Zittende positie - Sling aanbrengen
1. Vraag de gebruiker
voorover te buigen en onder-
steun hem/haar indien nodig.
Schuif de sling naar beneden
ter hoogte van het stuitbeen.
3. Zorg dat de tilbanden aan beide kanten dezelfde lengte hebben en
dat de sling zonder vouwen onder de dijen van de gebruiker is gep-
laatst. Kruis de beenlussen door een van de lussen door de andere te
trekken en bevestig alle 4 tilbanden aan de ophanging. Zorg dat de
passende tilbanden links en rechts met dezelfde lengte zijn bevestigd.
Zorg dat de gebruiker comfortabel en veilig in de sling is geplaatst.
Transfer
Als de gebruiker in de sling wordt verplaatst, moet u naast de
persoon staan die u gaat optillen. Zorg ervoor dat armen en
benen de stoel, het bed enz. niet kunnen belemmeren..
Til de gebruiker nooit hoger dan noodzakelijk
om de transfer goed te kunnen uitvoeren.
Vergeet niet dat de wielen op een mobiele lift
NIET vergrendeld moeten zijn.
2. Trek de beensteunen naar
voren en plaats ze onder de dijen
van de gebruiker.
1.
Controleer of de sling correct rond de gebruiker is
aangebracht en of de bandlussen op de juiste wijze aan de
ophanghaken zijn bevestigd.
2.
Blijf tillen totdat de tilbanden strak staan zonder dat de
gebruiker wordt opgetild. Zorg dat alle vier lussen van de
sling stevig zijn bevestigd zodat de gebruiker niet wegglijdt
of uit de sling valt.
3.
Til de gebruiker op en verplaats hem.
Wees voorzichtig tijdens het verplaatsen. De gebruiker kan bij het
draaien, stoppen en starten bewegen. Wees voorzichtig wanneer
u vlak bij meubilair en dergelijke manoeuvreert om te voorkomen
dat de gebruiker tegen deze voorwerpen botst.
Vermijd hoogpolig tapijt, hoge drempels, ongelijkmatige
oppervlakken of andere obstakels die de zwenkwielen kunnen
blokkeren. De lift kan onstabiel worden als hij over dergelijke
obstakels beweegt, waarbij de kans op omslaan toeneemt.
De gebruiker moet met zijn of haar gezicht
naar de tilvoorziening zitten bij het optillen
uit of plaatsen in een stoel.
Laat de gebruiker tijdens het tillen nooit
alleen achter.
De tillift mag niet worden gebruikt om
gebruikers over hellende vlakken op te tillen
of te verplaatsen.
In zitpositie laten zakken
Bij het verplaatsen van de gebruiker naar een zittende positie
kunt u hem/haar met de volgende technieken zo ver mogelijk
naar achteren plaatsen (gebruik A of B):
A Druk voorzichtig op de knieën van de gebruiker om hem of
haar in de richting van de rugleuning van de stoel te sturen.
B Kantel de zitting naar achteren.
Til de rolstoel niet op met de geleiderhandgre-
pen! Te veel druk op de handgrepen kan ertoe
leiden dat de sling scheurt.
30