Vóór het aanbrengen van het nieuw zaagblad
moeten beide spanflenzen op vastklevende
delen worden gecontroleerd en gereinigd. Bij
het inzetten van het zaagblad op de
draairichting letten: de tanden van het zaagblad
moeten in dezelfde richting als de pijl op de
bovenste beschermkap wijzen. Vervolgens
steekt u de spanflens op, zet de flensschroef
aan en trek deze door draaien in richting van
de wijzers van de klok aan. Hierbij kan, zoals
bij het losmaken, de arreteerhendel passend
worden gebruikt.
Bedien de vergrendelbout 15 (afb.
2) niet bij draaiende machine! De
machine kan worden beschadigd.
4.5 Spouwmes
Gevaar
Neem bij alle
onderhoudswerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
Het spouwmes 2 (afb. 1) voorkomt het vastklemmen
van het zaagblad bij het langssnijden. De juiste
afstand ten opzichte van het zaagblad is in afb. 3
weergegeven.
Voor een verstellen maakt u de beide
cilinderbouten 3 (afb. 1) met de meegeleverde
zeskantbout los, het spouwmes verstelt u door
overeenkomstig verschuiven in zijn langsgleuf
en vervolgens trekt u beide cilinderbouten weer
vast.
5
Bedrijf
5.1 Ingebruikname
Deze gebruiksaanwijzing moet iedere persoon die
met de bediening van de machine is belast, ter
kennisname worden doorgegeven, waarbij vooral
attent dient te worden gemaakt op het hoofdstuk
"Veiligheidsinstructies".
5.2 In- en uitschakelen
Inschakelen:
inschakelblokkering door indrukken van de
blokkeerhendel 8 (afb. 4) los. Vervolgens
bedient u bij ingedrukte blokkeerhendel de
schakelhendel 7.
Omdat het zich om een schakelaar zonder blokkering
handelt, draait de machine nu zo lang als deze
schakelaar wordt bediend.
De ingebouwde elektronica zorgt bij het inschakelen
voor een schokvrije versnelling en regelt bij belasting
het toerental op de vast ingestelde waarde bij.
Bovendien regelt deze elektronica de motor bij
overbelasting terug, d.w.z. het zaagblad blijft staan.
Schakel de machine dan uit. Daarna schakelt u de
machine weer in en zaagt met gereduceerde
aanvoersnelheid verder.
Met het stelwiel 22 (afb. 4) kunt u het toerental van
het zaagblad traploos tussen 1900 en 2300 min-¹
instellen.
Uitschakelen: voor het uitschakelen laat u de
schakelhendel 7 los. Door de ingebouwde
automatische rem wordt de uitlooptijd van het
zaagblad
inschakelblokkering wordt automatisch weer
actief en beveiligt de handcirkelzaag tegen een
onopzettelijk inschakelen.
5.3 Instelling van de snijdiepte
De snijdiepte laat zich in een bereik tussen 65 en 145
mm traploos instellen.
Hiervoor wordt op de volgende manier te werk
gegaan:
Eerst maakt u spanhendel 10 (afb. 5) door
draaien naar links los.
Door draaien aan het handwiel 9 kunt u nu de
snijdiepte verstellen.
De ingestelde diepte kan op de schaalring 21
(afb. 5) worden afgelezen. Als wijzer dient
hierbij het opschrift op de behuizingskast.
Trek na de instelling de spanhendel weer vast.
Stel de snijdiepte steeds ca. 2 tot 5
mm groter dan de te snijden
materiaaldikte in.
-51-
eerst
ontgrendelt
op
ca.
5
s
beperkt.
u
de
De